De eerste keer dat u de vouwmachine gebruikt, moet u de vouwstijlen opgeven die u denkt te gebruiken
Om dat te doen, gaat u naar het front panel en tikt u op het pictogram
Uitvoerbestemming > Afdrukken vanuit driver; daar kunt u een vouwstijl toewijzen aan elke vooraf
gedefinieerde stijl.
Dan kunt u in het dialoogvenster Afdrukken elke vooraf gedefinieerde stijl of de standaardstijl selecteren.
Aanbevolen instellingen voor vouwtaken:
Inhoud afsnijden op marge: om te voorkomen dat er in de marge wordt afgedrukt en om goed te
–
vouwen. In het tabblad Papier/kwaliteit (Paper/Quality) klikt u op Marges/lay-out (Margins/Layout) >
Inhoud afsnijden op marge (Clip content by margin).
Rechts uitgelijnd: om ervoor te zorgen dat de bloktitel zich in de juiste positie bevindt bij het vouwen.
–
selecteer dit op het tabblad Lay-out/uitvoer (Layout/Output).
Staande afdrukstand: selecteer dit op het tabblad Lay-out/uitvoer (Layout/Output).
–
Er zijn enkele papiersoorten die niet door de vouwmachine worden ondersteund. Er verschijnt een
waarschuwing als u probeert dergelijk papier te verzenden naar de vouwmachine.
HP SmartStream: stel in het deelvenster voor taakvoorbereiding of in het instellingendeelvenster de
●
bestemming in op Vouwmachine (Folder). U kunt ook de vouwstijl selecteren.
en vervolgens op
Een taak naar de vouwmachine verzenden
175