Standaardnummers en -adressen
U kunt standaardnummers of -adressen aan een contact toewijzen. Als een contact
meerdere nummers of adressen heeft, kunt u eenvoudig naar een specifiek nummer
bellen of een bericht naar een bepaald adres sturen. Het standaardnummer wordt
ook gebruikt voor spraakgestuurd bellen.
1. Selecteer een contact in de contactenlijst.
2. Selecteer Opties > Standaardnummers.
3. Selecteer een standaardnummer waaraan u een nummer of adres wilt
toevoegen en selecteer Toewijzen.
4. Selecteer het nummer of adres dat u als standaard wilt instellen.
5. Als u de weergave Standaardnummers wilt afsluiten en de wijzigingen wilt
opslaan, tikt u buiten de weergave.
Beltonen, afbeeldingen en oproeptekst voor
contacten
U kunt een beltoon voor een contact of groep opgeven en een afbeelding en een
beltekst voor een contact. Wanneer het contact u belt, wordt de geselecteerde
beltoon afgespeeld en wordt de beltekst of de afbeelding getoond (mits het
telefoonnummer van de beller met de oproep wordt meegestuurd en het door uw
apparaat wordt herkend).
Als u een beltoon voor een contact of een contactgroep wilt definiëren, selecteert
u het contact of de contactgroep, Opties > Beltoon en een beltoon.
Selecteer een contact en Opties > Tekst opr.signaal toevgn als u een oproeptekst
voor het contact wilt definiëren. Tik op het tekstveld om de oproeptekst in te voeren
en selecteer
.
Als u een afbeelding wilt toevoegen voor een contact dat in het apparaatgeheugen
is opgeslagen, selecteert u het betreffende contact, Opties > Afbeelding
toevoegen en een afbeelding uit Galerij.
© 2010 Nokia. Alle rechten voorbehouden.
Contacten
57