Wanneer geen batterijen aangesloten zijn, zal de batterijlader regelmatig kortstondig
inschakelen.
Indien de batterijen erg leeg zijn en te veel stroom vragen dan zal de lader overgaan naar een
on/off regeling om de interne opwarming te beperken.
Berekening autonomie
Gezien het kleine eigen verbruik van de centrale zal de autonomie vooral afhangen van het
aantal en type van de detectoren en deurmagneten.
Hoofdprint + frontpaneel:
Per geactiveerde relais:
Extern bedieningspaneel:
Stroom voor externe verbruikers: bv deurmagneet 56mA
Stroom die de encoders op de lus af nemen te vermenigvuldigen met 1,14
Voorbeeld: BMC2 met 1 deurmagneet, een extern bedieningspaneel, 100 SLIM detectoren, 15
handbrandmelders:
40mA + 56mA + 4mA + 1,14x { 100x0,5mA + 15x 1,2mA } = 177,5mA
Stel dat de autonomie 24 uur moet zijn: dit betekent dat 0,1775A x 24 u capaciteit nodig is, dit is
4,26Ah.
De batterijen moeten bovendien stroom kunnen leveren voor 30 minuten in alarm:
Bijvoorbeeld met 10 sirenes van 15mA: 10 x 0,015A x 0,5 uur = 0,075Ah.
Voor de benodigde capaciteit wordt een veiligheidsfactor gerekend van ten minste 1,2:
1,2 x (4,26Ah+0,075Ah) = 5,2 Ah. Een batterijset van 7Ah is dus een goede keuze.
40mA
10mA
4mA