Kies de gewenste voorplaat uit. Om de bevestigingsgaten te
boren kunt u het beste de oude voorplaat als boorsjabloon
gebruiken. Gebruik de boring voor het schroefgat van de
voorplaat om de juiste positie te bepalen.
Bevestig de gewenste voorplaat, draai de schroeven licht aan
en controleer of de nachtschoot goed werkt.
Draai nu alle schroeven van de voorplaat en de slotkast vast.
Plaats de geleider van de dagschoot. Houd daarbij rekening
met de sluitrichting van de dagschoot. Afhankelijk van het slot
moet u de geleider van de dagschoot draaien, om een grote of
een kleine afstand (dagschoot tot nachtschoot) in te stellen.
Indien nodig plaatst u een 8 mm of 9 mm reduceerhuls in de
tuimelaar.