reerd worden. Dit personeel moet speciaal op de
hoogte zijn gesteld van de mogelijke gevaren. Wan-
neer de volgende aanwijzingen niet worden opgevolgd,
bestaat de mogelijkheid dat men in aanraking komt met
gevaarlijke elektrische spanning.
1.
Ontkoppel het apparaat van het elektriciteitsnet.
2.
Open de afdekking van de koolborstels links en
rechts van de motor.
3.
Let erop hoe de koolborstels ingebouwd en de dra-
den gelegd zijn. Haal de versleten koolborstels uit
het apparaat.
9 Foutopsporing
Fout
Apparaat werkt niet
Apparaat werkt niet en de
service-indicatie brandt
Apparaat werkt niet,
koolborstels vervangen,
service-indicatie brandt
Service-indicatie brandt
Service-indicatie knippert
Apparaat werkt niet, aanduiding
diefstalbeveiliging knippert geel.
Motor draait. Diamantboorkroon
draait niet
4.
5.
8.5 Controle na schoonmaak- en
Na schoonmaak- en onderhoudswerkzaamheden moet
worden gecontroleerd of alle beschermende delen van
het apparaat zijn aangebracht en foutloos functioneren.
Mogelijke oorzaak
Netstroomvoorziening onderbroken.
Koolborstels uitgeschakeld
Aan-/uitschakelaar defect
Stroomtoevoer onderbroken
Elektronica defect
Koolborstels versleten
Schade aan het apparaat
Koolborstels versleten; apparaat kan
nog enkele uren worden gebruikt.
Toerentalstoring
Apparaat is niet vrijgeschakeld (op-
tioneel bij apparaat met beveiliging
tegen diefstal).
Tandwielschakelaar niet ingeklikt
Aandrijving defect
Plaats de nieuwe koolborstels weer precies zo
terug als de oude koolborstels gemonteerd waren
(reserveonderdeelnummer: Koolborstels AO ML
100‑127 V: 39577; Koolborstels AO ML 220‑240 V:
39576).
AANWIJZING Let er bij het monteren op dat de
isolatie van de signaaldraad niet wordt beschadigd.
Schroef de afdekking van de koolborstels links en
rechts van de motor vast.
AANWIJZING De signaallamp dooft nadat de kool-
borstels zijn vervangen, wanneer het apparaat weer
op netspanning wordt aangesloten.
onderhoudswerkzaamheden
Oplossing
Ander elektrisch gereedschap plaat-
sen, functie controleren. Steekverbin-
dingen, elektriciteitsleiding, PRCD en
netstekker controleren
Koolborstels vervangen
Zie hoofdstuk: 8.4 Koolborstels ver-
vangen 7
Laat het apparaat door de
Hilti-service repareren
Netsnoer en indien nodig stofzui-
ger, verlengsnoer, netstekker, PRCD,
controleren en indien nodig door een
elektrotechnicus laten vervangen
Laat het apparaat door de
Hilti-service repareren
Koolborstels vervangen
Zie hoofdstuk: 8.4 Koolborstels ver-
vangen 7
Laat het apparaat door de
Hilti-service repareren.
Koolborstels moeten vervangen wor-
den.
Zie hoofdstuk: 8.4 Koolborstels ver-
vangen 7
Laat het apparaat door de
Hilti-service repareren.
Apparaat vrijschakelen met de vrij-
schakelsleutel.
Tandwielschakelaar bedienen tot de
inklikstand
Laat het apparaat door de
Hilti-service repareren
nl
57