®
Scannen (Windows
)
Tabblad Papier
Klik op de tab Papier om instellingen op te geven voor de uitvoer van beeld en automatisch scannen.
(1)
(2)
(3)
(4)
(5)
(6)
(7)
(8)
(9)
Nr.
Naam
(1)
Bijsnijden
(2)
Modus hulpblad
(3)
Scangebied/
Paginagrootte
(4)
Staand/Liggend
(5)
X-verschuiving/
Y-verschuiving/
Breedte/Lengte/Centr.
(6)
Overscan/Aanpassing
(7)
Instelling achtergrond
(8)
Eenheid
(9)
Timeout voor opnieuw
Beschrijving
Een deel selecteren van een document om te scannen. Automatisch
Schakel dit selectievakje in als u gebruikmaakt van een
hulpblad.
Het papierformaat selecteren.
De lay-out van het gescande document selecteren.
Het scangebied handmatig aanpassen.
Een bepaalde marge toevoegen aan de boven- en
onderrand van een afbeelding.
Een achtergrondkleur selecteren.
De maateenheid selecteren die wordt weergegeven in
het dialoogvenster Scannereigenschappen.
Hiermee kunt u de vertraging instellen voor het starten
van automatisch scannen nadat de eerste scantaak is
uitgevoerd.
Standaard
(rechtzetten aan)
(niet geselecteerd)
ISO A4 - 210 x 297 mm
Staand
-
0,00
Witte achtergrond
(op basis van taal)
0
38
5