A. Schakelaar grootlicht/dimlicht
Wanneer de schakelaar wordt verschoven,
verander t de verlichting van dimlicht in
grootlicht. Hij blijft in de geselecteerde positie
totdat de schakelaar weer wordt teruggezet. In de
grootlichtpositie gaat de indicator hier voor op de linkerkant
van het dashboard branden.
B. Flash-to-pass
Druk wanneer de koplamp in de dimlichtpositie staat op de
flash-to-pass-schakelaar zodat grootlicht wordt ontstoken.
Dit blijft branden totdat u de schakelaar weer los laat. Als u
hem los laat, gaat deze schakelaar automatisch terug naar
de dimlichtpositie. De indicator voor grootlicht op het
dashboard gaat ook branden.
C. Versteller voorremhendel
Afstelknop om de positie van de hendel voor de voorrem
mee in te stellen.
D. Voorremhendel
Met de voorremhendel bedient u de voorremmen wanneer
de hendel wordt ingeknepen. Wanneer u remt, moet de
gashendel in gesloten positie staan. Ook het remlicht gaat
branden.
Bediening en onderdelen
E. Gasbediening
Draai de gashendel linksom om de motor van energie te
voorzien en star t de motorfiets in voorwaar tse richting. Laat
de gashendel los en deze gaat automatisch terug in zijn
gesloten positie waardoor regeneratief remmen wordt
ingeschakeld wanneer de motorfiets in beweging is.
Wanneer de motor fiets beweegt en de gashendel zich in
volledig gesloten positie bevindt, wordt de functie
regeneratief remmen geactiveerd. Regeneratief remmen
neemt een deel van de energie van de bewegende
motor fiets en zet deze om in elektrische energie. Deze
energie wordt ver volgens in het accupakket opgeslagen en
draagt zo bij aan een betere energie -efficiëntie. Er wordt
een lichte trek gevoeld wanneer het regeneratief remmen
wordt geactiveerd. Als u zonder regeneratief remmen wilt
freewheelen, houdt u de gashendel gewoon in een
nulmoment, uit de volledig gesloten positie. Het nulmoment
voor koppel verander t met de snelheid en de rijmodus.
3.9