De faxinstellingen testen via het bedieningspaneel van de printer
1.
Stel de printer in op faxen volgens uw specifieke installatie-instructies voor thuis of op kantoor.
2.
Zorg ervoor dat de cartridges zijn geïnstalleerd en dat er papier van normaal formaat in de invoerlade is
geplaatst voor u met de test begint.
3.
Raak op het bedieningspaneel van de printer vanuit het Startscherm
4.
Raak Configuratie aan.
5.
Raak Extra aan en raak vervolgens Faxtest aan.
De printer geeft de status van de test weer op het scherm en drukt een rapport af.
6.
Bekijk het rapport.
Controleer of de faxinstellingen in het rapport juist zijn als er nog steeds sprake is van problemen
●
met faxen, terwijl de test is geslaagd. Een ontbrekende of onjuiste faxinstelling kan faxproblemen
veroorzaken.
Als de test is mislukt, kunt u in het rapport informatie vinden over het oplossen van de
●
aangetroffen problemen.
NLWW
( Faxen ) aan .
Bijkomende faxinstallatie
81