Manipulatiedetectie
De versie van de communicator met behuizing is voorzien van een apparaat dat waarneemt als het deksel wordt geopend en de
communicator van de wand wordt verwijderd (manipulatie).
Er wordt manipulatie gerapporteerd door de gebeurtenis Manipulatie, waarmee handelingen (activeren uitgangen, verzenden spraak-,
sms- of digitale berichten) met het bedieningspaneel in verband kunnen worden gebracht: de fabrieksinstelling is dat klem T4 op
BGS-220/B3G-220/BLE-320 of klem T6 op BGS-210 bij een manipulatiegebeurtenis variabel is (deze is normaal aangesloten op de aarde).
Nadat u de functie eenmaal hebt geprogrammeerd, kunt u het deksel sluiten en de communicator inschakelen.
Open na de initialisatie het deksel en controleer of de communicator inderdaad de acties uitvoert die zijn geprogrammeerd voor de
manipulatiedetectie.
20
Universele mobiele/ethernetcommunicators