Bedieningshandleiding
Bedieningsinstructies
Werkbereikindicatielampjes
De werkbereikindicatielampjes gaan branden om
aan te geven dat een functie is onderbroken en/of
dat er een handeling van de bediener nodig is.
Indicatielampje 'secundaire arm
neerlaten/inschuiven' knippert:
Laat de secundaire arm
neer of schuif deze in tot het
indicatielampje uitgaat.
Indicatielampje 'primaire arm
neerlaten' knippert: Laat de
primaire arm neer tot het
indicatielampje uitgaat.
Indicatielampje 'machine niet
vlak' knippert: Het scheefstand-
alarm klinkt als dit lampje
knippert. Verplaats de machine
naar een stevige, horizontale
ondergrond.
44
Als het scheefstandalarm klinkt met het platform
heuvelopwaarts:
1 Laat de primaire arm neer.
2 Schuif de secundaire arm in/
laat deze neer.
3 Schuif de primaire arm in.
Als het scheefstandalarm klinkt
met het platform heuvelafwaarts:
1 Schuif de primaire arm in.
2 Schuif de secundaire arm
in/laat deze neer.
3 Laat de primaire arm
neer.
Indicatielampje 'platform niet
vlak' knippert: Het scheefstand-
alarm klinkt als dit lampje
knippert. De platformnivellerings-
tuimelschakelaar werkt alleen in
de richting waarin het platform
wordt genivelleerd. Nivelleer het
platform tot het lampje uitgaat.
Z-135/70
Tweede uitgave • Vijfde druk
Onderdeelnr. 114475DU