Beelden bijsnijden vóór het afdrukken
Als u vóór het afdrukken de beelden bijsnijdt, kunt u het gewenste
beeldgebied afdrukken in plaats van het hele beeld.
1
Selecteer [Trimmen].
Voer eerst stap 1 in "Afdrukinstellingen
configureren"
afdrukscherm te openen, kies [Trimmen]
en druk op de knop <m>.
Er verschijnt een kader voor bijsnijden
dat het af te drukken beeldgebied
aanduidt.
2
Pas het kader naar wens aan.
Om de grootte van het kader te wijzigen,
beweegt u de zoomknop of draait u aan
de knop <5>.
Om het kader te verplaatsen drukt u op
de knoppen <o><p><q><r>.
Om het kader te draaien, drukt u op de
knop <l>.
Als u klaar bent, drukt u op de knop <m>.
3
Druk het beeld af.
Voer stap 7 in "Easy Print"
om af te drukken.
•
Bijsnijden is wellicht niet mogelijk bij kleine beeldformaten of bij
bepaalde verhoudingen.
•
Datums worden wellicht niet goed afgedrukt als u beelden bijsnijdt
die zijn opgenomen met de instelling [Datumstemp.
Foto's
(=
105) uit om het
(=
105) uit
].
Het papierformaat en de indeling selecteren vóór het
afdrukken
1
Selecteer [papier inst.].
Voer eerst stap 1 in "Afdrukinstellingen
configureren"
afdrukscherm te openen, kies [papier
inst.] en druk op de knop <m>.
Selecteer een papierformaat.
2
Druk op de knoppen <o><p> of
draai aan de knop <5> om een optie
te selecteren. Druk vervolgens op de
knop <m>.
Selecteer een papiersoort.
3
Druk op de knoppen <o><p> of
draai aan de knop <5> om een optie
te selecteren. Druk vervolgens op de
knop <m>.
Voorblad
Vóór gebruik
Foto's
Algemene bediening
camera
Basishandleiding
Handleiding voor
gevorderden
(=
105) uit om het
1
2
3
4
5
6
7
8
9
Index
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus
Andere
opnamemodi
P-modus
Tv-, Av- en
M-modus
Afspeelmodus
Menu
Instellingen
Accessoires
Bijlage
106