REMKO serie PGT (E)
Beschrijving van het apparaat
De apparaten zijn verplaatsbare,
op vloeibaar gas gestookte
luchtverwarmers (LV's) zonder
warmtewisselaars.
De apparaten werken
zonder aansluiting voor de
verbrandingsgassen en zijn alleen
bedoeld voor professioneel gebruik.
De apparaten zijn uitgerust met
een ingebouwde Power-regeling
voor een traploze regeling van
het verwarmingsvermogen, een
geluids- en onderhoudsarme
axiale ventilator, robuuste
gasbrander met thermische
vlambewaking, magneetkleppen,
elektrische ontsteking, contactdoos
ruimtethermostaat en netkabel met
geaarde stekker.
De apparaten voldoen aan
de fundamentele veiligheids-
en gezondheidseisen van de
betreffende EU-bepalingen en zijn
eenvoudig te bedienen.
De apparaten zijn getest op
basis van het EG-typeonderzoek,
DVGW-geregistreerd en toegelaten
voor de landen van de EU.
De apparaten worden onder meer
gebruikt voor:
Het drogen van nieuwbouw
■
Plaatselijk verwarmen van
■
werkplekken in de buitenlucht
Plaatselijk verwarmen
■
van werkplekken in open,
niet-brandgevaarlijke
productieruimtes en hallen
Tijdelijk verwarmen van ruimtes
■
met voldoende aanvoer van
frisse lucht
Het ijsvrij maken van machines,
■
voertuigen en niet-brandbare
opslaggoederen
Het op temperatuur houden van
■
aan vorst blootgestelde delen
6
Werking
Door het schakelen van de
bedrijfsschakelaar in stand "I"
wordt de luchttoevoerventilator
ingeschakeld en wordt het
programmaverloop van de
branderautomaat gestart.
Na enkele seconden opent de
elektrische magneetklep de
gastoevoer naar de brander. Het
vloeibaar gas wordt via het mondstuk
onder druk naar de mengbuis
geleid. Hier wordt het gas verrijkt
met een op het apparaatvermogen
afgestemde hoeveelheid zuurstof.
Het gas-luchtmengsel wordt bij
de branderkop door middel van
een elektrische ontstekingsvonk
ontstoken. De ontsteking wordt
automatisch beëindigd, zodra een
probleemloze vlam brandt en de
branderautomaat de vlambewaking
heeft overgenomen.
Het min./max.
verwarmingsvermogen kan tijdens
het bedrijf van het apparaat traploos
worden geregeld met de ingebouwde
"Power-regeling".
Bewaking van de apparaten
Door de veiligheidsinrichtingen van
de apparaten worden alle functies
goed bewaakt.
Bij onregelmatigheden of het doven
van de vlam worden de
apparaten uitgeschakeld en
vergrendeld.
Veiligheids-
temperatuurbegrenzer (STB)
De apparaten zijn voorzien van een
veiligheidstemperatuurbegrenzer
(STB) die bij oververhitting de
gastoevoer onderbreekt en de
elektronica van het apparaat
vergrendelt.
Handmatige ontgrendeling (reset) van
de STB is pas mogelijk na afkoeling van
de apparaten.
LET OP
Als de
veiligheidstemperatuurbegrenzer is
geactiveerd, moet de oorzaak van
de storing worden gelokaliseerd en
verholpen voordat de begrenzer
wordt ontgrendeld.
Het resetten van de STB volgt door een
kort indrukken van de reset-toets 2.
1. Beschermkap 1 losschroeven.
2
1
2. Knop 2 indrukken.
3. Beschermkap 1 weer terugplaatsen.
Branderautomaat
Bij onregelmatigheden of het
blussen van het vuur worden de
apparaten door de branderautomaat
uitgeschakeld en vergrendeld.
De storingslamp van de automaat
gaat branden.
De branderautomaat wordt door
het indrukken van de storingsknop
ontgrendeld.
De branderautomaat kan pas na een
wachttijd van ca. 60 seconden worden
ontgrendeld.
AANWIJZING
Voor de ontgrendeling van
een veiligheidsinrichting moet
de oorzaak van de storing
gelokaliseerd en opgelost worden.