Service
●
Reinigingspagina
●
3.
Plaats gewoon papier of A4-papier wanneer dit wordt gevraagd en selecteer vervolgens OK.
Een bericht Reinigen zal worden getoond op het bedieningspaneel van de printer. Wacht tot het proces is
voltooid. Gooi de afgedrukte pagina weg.
De printcartridge of cartridges controleren
Volg deze stappen om elke tonercartridge te inspecteren.
1.
Verwijder de tonercartridges uit de printer en controleer of de afdichttape is verwijderd.
2.
Controleer of de geheugenchip is beschadigd.
3.
Onderzoek het oppervlak van de groene afbeeldingsdrum.
VOORZICHTIG:
problemen geven met de afdrukkwaliteit.
4.
Vervang de tonercartridge als zich krassen, vingerafdrukken of andere beschadigingen op de
afbeeldingsdrum bevinden.
5.
Plaats de tonercartridge terug en druk enkele pagina's af om te zien of het probleem is opgelost.
Papier en afdrukomgeving controleren
Stap een: Papier gebruiken dat voldoet aan de specificaties van HP
Sommige problemen met de afdrukkwaliteit kunnen ontstaan wanneer u papier gebruikt dat niet voldoet aan de
specificaties van HP.
Gebruik altijd papier van een type en gewicht dat door deze printer wordt ondersteund.
●
Gebruik papier van goede kwaliteit en dat vrij is van sneden, inkepingen, scheuren, vlekken, losse deeltjes,
●
stof, kreukels, gaten, nietjes en gekrulde of verbogen randen.
Gebruik papier waarop nog nooit is afgedrukt.
●
Gebruik papier dat geen metallisch materiaal bevat, zoals glitter.
●
Gebruik papier dat is ontworpen voor laserprinters. Gebruik geen papier dat alleen is geschikt is voor
●
inkjetprinters.
Gebruik geen papier met een te ruw oppervlak. Gladder papier zorgt over het algemeen voor een beter
●
afdrukresultaat.
Stap twee: De omgeving controleren
De omgeving kan de afdrukkwaliteit direct beïnvloeden en is een algemene oorzaak van problemen met
afdrukkwaliteit of papiertoevoer. Probeer het volgende:
122 Hoofdstuk 9 Problemen oplossen
Raak de afbeeldingsdrum niet aan. Vingerafdrukken op de afbeeldingsdrum kunnen
NLWW