Printer onderhouden
Als u een proxyserver gebruikt, moet u deze tijdelijk uitschakelen zodat de webpagina correct
•
kan worden geladen.
4
Open de WPS-instellingen. Raadpleeg voor meer informatie de documentatie die bij het toegangspunt
is geleverd.
5
Voer de pincode van acht cijfers in en sla de wijzigingen op.
Het Wi-Fi-netwerk uitschakelen
Blader op het bedieningspaneel van de printer naar:
1
Instellingen > Netwerk/poorten > Netwerkoverzicht > Actieve adapter > Standaardnetwerken
Voor printermodellen zonder touchscreen drukt u op
Volg de aanwijzingen op de display.
2
Printerpoortinstellingen wijzigen na het installeren van een Internal
Solutions Port
Opmerkingen:
Als de printer een statisch IP-adres heeft, voert u geen wijzigingen door.
•
Als de computers zijn geconfigureerd om de netwerknaam te gebruiken (en dus niet een IP-adres),
•
wijzigt u de configuratie niet.
Als u een draadloze Internal Solutions Port (ISP) toevoegt aan een printer die daarvoor was
•
geconfigureerd voor een ethernetverbinding, koppelt u de printer los van het ethernetnetwerk.
Voor Windows-gebruikers
Open de printermap.
1
2
In het snelmenu van de printer met de nieuwe ISP, opent u Printereigenschappen.
Configureer de poort in de lijst.
3
Werk het IP-adres bij.
4
Pas de wijzigingen toe.
5
Voor Macintosh-gebruikers
Via Systeemvoorkeuren in het Apple -menu, navigeert u naar de lijst met printers en selecteert u vervolgens
1
+ > IP.
Typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.
2
Pas de wijzigingen toe.
3
om door de instellingen te navigeren.
139