Hi
low
3.
Bevestig selectie met
invoervenster voor het invoeren van de onderste grenswaarde verschijnt. De
tolerantiemarkering wordt weergegeven, het actieve cijfer knippert.
4.
Voer de onderste grenswaarde in (voor numerieke invoer, zie Hoofdstuk. 3.2.1) en
bevestig.
5.
<
> wordt kort weergegeven. Het numerieke invoervenster voor het invoeren
van de bovenste grenswaarde verschijnt. De
weergegeven, het actieve cijfer knippert.
6.
Bovenste grenswaarde invoeren (voor numerieke invoer, zie Hoofdstuk. 3.2.1) en
bevestig.
7.
<
> kort wordt weergegeven, keert de weegschaal terug naar de weegmodus.
Tolerantiecontrole starten:
Zorg ervoor dat de controleweegmodus is geactiveerd. Houd hiervoor de TARE-toets
ingedrukt totdat <
Plaats het monster (<20d) op de weegschaal en
controleer aan de hand van de tolerantiemarkeringen / het geluidssignaal
of het monster binnen de gespecificeerde tolerantie valt.
Wegen onder
gespecificeerde tolerantie
• Voer <00000.0 kg> in om de grenswaarden te wissen.
• Schakel de controleweegmodus uit. Houd hiervoor de TARE-toets ingedrukt totdat
<
TFCD_A-BA-nl-2411
1. Als het oorspronkelijke gewicht boven de bovengrens ligt, klinkt
er een geluidssignaal en wordt de OVER-tolerantiemarkering
weergegeven.
2. Als het oorspronkelijke gewicht lager is dan de bovengrens, klinkt
er geen geluidssignaal en wordt de UNDER tolerantiemarkering
weergegeven.
1. Als het oorspronkelijke gewicht lager is dan de
ondergrenswaarde, klinkt er een geluidssignaal en wordt de
UNDER tolerantiemarkering weergegeven.
2. Als het oorspronkelijke gewicht boven de onderste grenswaarde
ligt, klinkt er geen geluidssignaal en wordt de OVER-
tolerantiemarkering weergegeven.
knop, <
> wordt weergegeven.
Goederen wegen binnen
gespecificeerde
toleranties
> wordt weergegeven.
> wordt kort weergegeven. Het numerieke
tolerantiemarkering wordt
Goederen wegen boven
gespecificeerde tolerantie
23