7.5.1
Batterij opladen
De accu wordt opgeladen met het meegeleverde netsnoer.
De accu moet voor het eerste gebruik minstens 5 uur worden opgeladen via het netsnoer.
Als het batterijsymbool <
uitgeput. Het apparaat werkt nog ongeveer 1 uur, daarna schakelt het automatisch uit. Als de
weegschaal blijft werken zonder op te laden, verschijnt het knipperende display < LO-BAT>.
Laad de batterij op met de meegeleverde netadapter.
De LED-display informeert je over de laadstatus van de batterij tijdens het opladen.
rood:
Batterij wordt opgeladen
groen:
Batterij is volledig opgeladen
7.6
Aansluiten van randapparatuur
Voordat extra apparaten (printer, pc) op de data-interface worden aangesloten of
losgekoppeld, moet de weegschaal worden losgekoppeld van het lichtnet.
Gebruik alleen accessoires en randapparatuur van KERN met uw balans, omdat deze
optimaal zijn afgestemd op uw balans.
7.7
Eerste ingebruikname
Voor nauwkeurige weegresultaten met elektronische weegschalen moet de weegschaal zijn
bedrijfstemperatuur hebben bereikt (zie opwarmtijd, hoofdstuk 1). De weegschaal moet
gedurende deze opwarmtijd aangesloten zijn op de stroomvoorziening (netaansluiting,
oplaadbare batterij of accu).
De nauwkeurigheid van de schaal hangt af van de plaatselijke zwaartekrachtversnelling.
Volg de instructies in het hoofdstuk Aanpassingen.
TFCD_A-BA-nl-2411
> op het display verschijnt, is de batterijcapaciteit binnenkort
15