Verzamelingen bekijken
1 Selecteer Bibliotheek.
2 Selecteer een verzameling.
3 Selecteer een gegevenstype.
4 Selecteer een item om de details weer te geven.
5 Selecteer indien nodig
Garmin Explore accountgegevens synchroniseren
Voordat u accountgegevens kunt synchroniseren, moet u verbinding maken met een Wi‑Fi netwerk.
U kunt gegevens, zoals waypoints, routes en activiteiten synchroniseren met uw Garmin Explore account. Dit
kan handig zijn om uw gegevens beschikbaar te houden op al uw compatibele toestellen. Het toestel zorgt
ervoor dat gegevens regelmatig automatisch met uw account worden gesynchroniseerd. U kunt de gegevens
ook op ieder gewenst moment handmatig synchroniseren.
1 Ga naar de Explore app en selecteer Account.
2 Controleer of de optie Gebruikersgegevens synchroniseren is geselecteerd.
3 Selecteer
.
GPX-bestanden importeren met een geheugenkaart
U kunt gegevens, zoals waypoints, routes en sporen, importeren in .gpx-bestandsindeling vanaf een compatibele
microSD
®
kaart.
1 Plaats een compatibele microSD kaart met een of meer .gpx-bestanden in de geheugenkaartsleuf van uw
toestel
(Een geheugenkaart installeren voor kaarten en gegevens, pagina
2 Selecteer op uw Overlander toestel Explore > Bibliotheek > Importeren naar Explore > Geheugenkaart.
3 Selecteer een of meer .gpx-bestanden en selecteer SELECTEER.
4 Selecteer een optie:
• Als u de bestanden wilt importeren als ongeorganiseerde locaties, selecteert u Importeren als
ongeorganiseerd.
• Als u de bestanden naar een verzameling wilt importeren, selecteert u een verzameling.
5 Selecteer Importeer.
GPX-bestanden exporteren met een geheugenkaart
U kunt gegevens, zoals waypoints, routes en sporen, exporteren naar een compatibele microSD kaart.
1 Plaats een compatibele microSD kaart in de geheugenkaartsleuf van uw toestel
installeren voor kaarten en gegevens, pagina
2 Selecteer op uw Overlander toestel Explore > Bibliotheek > Exporteren vanuit Explore > Geheugenkaart.
3 Selecteer een of meer waypoints, routes of sporen.
4 Selecteer Exporteer.
Sporen vastleggen
Met de functie Tracking wordt uw route vastgelegd. Wanneer u begint met het maken van een spoor, registreert
uw toestel uw locatie en wordt het spoor bijgewerkt. Als uw toestel is gekoppeld aan een inReach
uw toestel spoorpunten vast en verzendt deze met het opgegeven verzendinterval via het satellietnetwerk.
1 Selecteer
>
> Trackrecorder.
2 Selecteer Start.
Offroad-navigatie
, om kaarten voor het gebied te downloaden.
71).
71).
(Een geheugenkaart
®
toestel, legt
37