Onderhoud riemen
Onderhoud van de drijfriem
Drijfriem controleren
Onderhoudsinterval: Na de eerste 8 bedrijfsuren
Om de 200 bedrijfsuren
1. Parkeer de spuitmachine op een horizontaal oppervlak,
stel de parkeerrem in werking, zet de schakelhendel in
de neutraalstand, schakel de pomp uit, zet de motor af
en verwijder het sleuteltje uit het contact.
2. Laat de drijfriem ronddraaien en controleer deze op
overmatige slijtage of beschadigingen. Vervang de riem
indien dit nodig is.
Figuur 61
1. Drijfriem
2. Primaire koppeling
Aandrijfriem vervangen
1. Laat de drijfriem over de secundaire koppeling
ronddraaien (Figuur 61).
2. Verwijder de riem van de primaire koppeling.
3. Plaats de nieuwe riem op de primaire koppeling.
4. Plaats de drijfriem op de secundaire koppeling
ronddraaien en laat de drijfriem ronddraaien.
Riem van stuurpomp afstellen
Onderhoudsinterval: Na de eerste 8 bedrijfsuren
Om de 100 bedrijfsuren
De riem moet een speling van 5 mm hebben als u halverwege
op de riem drukt met een kracht van 22 N.
1. Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak, stel
de parkeerrem in werking, draai het contactsleuteltje op
UIT en verwijder het sleuteltje uit het contact.
3. Secundaire koppeling
2. Draai de bevestigingsbouten van de stuurpomp los
(Figuur 62).
1. Riem van de stuurpomp
2. Stuurpomp
3. Beweeg de pomp met een kracht van 22 N totdat
de riem 5 mm doorhangt en draai daarna de
bevestigingsbouten vast, te beginnen bij de bout die
zich het dichtst bij de krukas van de motor bevindt.
52
Figuur 62
3. Bevestigingsbouten van
stuurpomp