2. Controleer de afstand tussen de centrale elektrode
en de massa-elektrode (Figuur 52) en verbuig de
massa-elektrode als de afstand niet correct is.
Figuur 52
1. Centrale elektrode met
isolator
2. Massa-elektrode
Bougies monteren
1. Monteer de bougies en de metalen pakkingringen.
2. Draai de bougies vast met een torsie van 24 tot 30 Nm.
3. Druk de bougiekabels op de bougies (Figuur 51).
4. Klap de stoel terug en vergrendel deze.
3. Elektrodenafstand (niet op
schaal weergegeven)
Onderhoud
brandstofsysteem
Brandstoffilter vervangen
Onderhoudsinterval: Om de 100 bedrijfsu-
ren—Brandstoffilter vervangen.
Om de 400 bedrijfsuren/Jaarlijks
(houd hierbij de kortste periode
aan)—Brandstofleidingen controleren.
1. Stel de parkeerrem in werking, schakel de pomp uit, zet
de motor af en verwijder het contactsleuteltje.
2. Maak de vergrendeling op de achterzijde van de
bestuurdersstoel los en klap deze naar voren.
3. Klem de slangen af aan beide zijden van het
brandstoffilter om te voorkomen dat er benzine uit de
slangen stroomt als u het filter verwijdert.
4. Plaats een opvangbak onder het filter.
5. Druk de uiteinden van de slangklemmen naar elkaar
toe en schuif ze weg van het filter (Figuur 53).
6. Trek het filter uit de brandstofslangen.
1. Slangklem
2. Brandstofslang
7. Monteer een nieuw filter en schuif de slangklemmen
terug tot dicht bij het filter.
Zorg ervoor dat de pijl voor de stroomrichting naar
de motor wijst.
Brandstof aftappen uit de
brandstoftank
Onderhoudsinterval: Om de 400 bedrijfsuren/Jaarlijks
(houd hierbij de kortste periode aan)
Als het brandstofsysteem vervuild raakt of als u de machine
voor langere tijd wilt stallen, moet u de brandstoftank
aftappen en reinigen. Gebruik verse, schone brandstof om
de tank uit te spoelen.
1. Breng de brandstof met een sifonpomp over vanuit
de tank naar een goedgekeurd vat of blik of verwijder
46
Figuur 53
3. Filter
4. Pijl voor stroomrichting