h BELICHTINGSCOMPENSATIE
Deze functie kan worden ingesteld vanuit de fotografische
functies "P, S en A" en u gebruikt hem bij opnamen waar-
voor u niet de optimale helderheid (belichting) kunt instellen,
bijv. bij opnamen met uitzonderlijk grote contrastverschillen
tussen onderwerp en achtergrond.
! !
Belichtingscompensatie is niet mogelijk wanneer...
• de camera is ingesteld op M Invulflitsen of op Z Flitsen met
onderdrukken van rode ogen en u donkere scènes fotografeert.
• ONDERWERPEN WAARBIJ COMPENSEREN VAN DE
BELICHTING BIJZONDER EFFECTIEF KAN BLIJKEN
Door de belichtingsindicator naar het plusteken te verplaatsen:
• Reproduceren van gedrukte tekst (zwarte tekens op wit papier): +4
stappen (+1,3EV).
• Portretopnamen in tegenlicht: +2 tot +4 stappen (+0,7EV tot
+1,3EV).
• Zeer helder verlichte scènes (zoals sneeuwvlakten) en sterk
reflecterende onderwerpen: +3 stappen (+1EV).
• Opnamen waarin de lucht overheerst: +3 stappen (+ 1EV).
Door de belichtingsindicator naar het minteken te verplaatsen:
• Onderwerpen in spotlight, in het bijzonder tegen donkere
achtergronden: -2 stappen (-0,7EV).
• Reproduceren van gedrukte tekst (witte tekens op zwart papier): -2
stappen (-0,7EV).
• Slecht reflecterende scènes, zoals opnamen van dennengroen of
donker gebladerte: -2 stappen (-0,7EV).
! !
Zie blz. 112 voor meer informatie over EV-waarden.
58
Houd de knop "h" (Belichtingscompensatie) ingedrukt en kies
de gewenste instelling door verdraaien van de Commandoring.
De belichtingscompensatie-indicator wordt geel. Het h be-
lichtingscompensatie symbool wordt tijdens het instellen ook
geel. Als de instelling ingevoerd is wordt het symbool blauw.
• Compensatiebereik:
-2EV tot +2EV, in stappen van 1/3 EV.
Eén stap is 1/3EV (1 schaaldeel = 1/3 EV).
Wanneer een andere functie wordt ingesteld of wanneer de camera
wordt uitgeschakeld, blijft deze functie bewaard (in de LCD-monitor is
h
het pictogram "
" zichtbaar). Wilt u geen belichtingscompensatie
toepassen, dan stelt u de waarde "0" (nul) in.