Integratie in een PROFIBUS-netwerk
7.2.1
Hardware-adressering
1.
Zet schakelaar 8 in de "OFF"-stand.
2.
Stel met schakelaars 1 tot 7 het adres in zoals in de tabel hierna gespecificeerd.
De verandering van het adres wordt na 10 seconden van kracht. Het instrument wordt
herstart.
Schakelaar
1
Waarde in
1
positie "ON"
Waarde in
0
positie
"OFF"
14
Voorbeeld van een hardware-adressering: schakelaar 8 staat in positie "OFF"; schakelaars 1 t/m 7
definiëren het adres.
7.2.2
Software-adressering
1.
Zet schakelaar 8 op "ON".
2.
Het instrument herstart automatisch en meldt het actuele adres (fabrieksinstelling:
126).
3.
Adres configureren via het bedieningsmenu: Setup → Instrument adres
15
Voorbeeld van software-adressering: schakelaar 8 staat in positie "ON", het adres wordt
gedefinieerd in het bedieningsmenu (Setup → Instrumentadres).
28
2
2
0
ON
1
2
3
4
5
6
7
2 + 8 = 10
ON
1
3
5
6
2
4
7
3
4
4
8
0
0
DIP
8
DIP
8
Micropilot FMR56, FMR57 PROFIBUS PA
5
6
16
32
0
0
Endress+Hauser
7
64
0
A0015902
A0015903