7
GEBRUIKSKLAAR MAKEN VAN DE ONTVANGER
7.1 Plaatsing (vervanging) van de batterij van de ontvanger
1. Draai met een kruisschroevendraaier de 4 schroeven aan de onderzijde van de
ontvanger los en neem het deksel van eraf.
2. Plaats de CR2 3V lithiumbatterij in de juiste richting (de polariteit is naast de
batterij-houder aangegeven, zie afbeelding).
Aanduiding v.d. polariteit v.d. batterijen
Wanneer er voor het eerst een batterij geplaatst wordt, of er langer dan enige
tientallen minuten (ongeveer 20 minuten) geen batterij in het apparaat zat, geeft
een pieptoon aan dat de batterij op de juiste manier geplaatst is.
Opmerking: Wanneer de batterij snel verwisseld wordt, kan het zijn dat er geen
piepsignaal wordt afgegeven.
3.
Controleer of de rubber dichting op de juiste manier in de sleuf van het deksel van
de ontvanger is aangebracht. Maak de rubber dichting schoon als ze vuil is.
Plaats het deksel terug en draai de 4 schroeven met gepaste kracht vast.
4.
7.2 Controle v.d. batterij v.d. ontvanger
Het LED-controlelampje aan de zijkant van de ontvanger dient voor de controle van
de batterij (zie hoofdstuk: 5.2 Beschrijving van het apparaat - Ontvanger).
Volle batterij – als de ontvanger aan staat, knippert er een groen LED-lampje
Leegrakende batterij – als de ontvanger aan staat, knippert er een rood LED-lampje
Wanneer de batterij leeg raakt of helemaal leeg is, dient u een nieuwe lithiumbatterij
van het type CR2 3V in de ontvanger te plaatsen.
7.3 In- en uitschakelen van de ontvanger
Voor het in- en uitschakelen van de ontvanger (eventueel om hem aan de zender te
koppelen) maakt men gebruik van een magnetisch schakelsysteem, dat geactiveerd
wordt door de magneet ertegenaan te houden, die in de zender is ondergebracht op
de plaats van de rode schakelpunt.
82
Aanduiding v.d. polariteit v.d. batterijen