Waarschuwingen en opmerkingen tijdens gebruik
Tijdens gebruik
●
De camera kan warm worden als deze lange tijd wordt gebruikt, maar dit is geen storing.
●
U voorkomt trillingen door een statief te gebruiken en dit op een stabiele locatie neer te zetten.
(Vooral wanneer u telescopische zoom, langere sluitertijden of de zelfontspanner gebruikt)
●
Houd de camera zo ver mogelijk uit de buurt van elektromagnetische apparatuur
(zoals magnetrons, tv's, videospellen enzovoort).
• Wanneer u de camera boven op of bij een tv gebruikt, kunnen de beelden en het
geluid op de camera vervormd raken door elektromagnetische straling.
• Gebruik de camera niet in de buurt van mobiele telefoons, want dit kan tot ruis leiden
die stoort op de foto's en het geluid.
• Opgenomen gegevens kunnen beschadigd raken, of foto's kunnen vervormd raken, door
sterke magnetische velden die door luidsprekers of grote motoren worden veroorzaakt.
• Elektromagnetische straling die door microprocessoren wordt gegenereerd, kan een
negatief effect hebben op de camera en tot storingen in de foto's en het geluid leiden.
• Wanneer de camera negatief wordt beïnvloed door elektromagnetische apparatuur en niet goed meer
functioneert, schakelt u de camera uit en verwijdert u de batterij of ontkoppelt u de netadapter (optioneel).
Plaats vervolgens de batterij weer in de camera of sluit de netadapter weer aan en zet de camera aan.
Gebruik de camera niet bij radiozenders of hoogspanningslijnen.
• Wanneer u opneemt in de buurt van radiozenders of hoogspanningslijnen, heeft dit
een negatief effect op de opgenomen foto's en het geluid.
●
Verleng het meegeleverde snoer en de meegeleverde kabel niet.
●
Laat de camera niet in aanraking komen met pesticiden of vluchtige stoffen (hierdoor
kan het oppervlak beschadigd raken of de coating gaan bladderen).
●
Laat de camera en de batterij nooit achter in een auto die in de zon staat en leg het toestel ook niet op de motorkap.
De camera kan door oververhitting defect raken en de batterij kan gaan lekken of
openbarsten, met kans op schade en brandgevaar.
Onderhoud van uw camera
Als u uw camera wilt schoonmaken, verwijdert u de batterij of haalt u de stekker uit het
stopcontact en veegt u de camera met een zachte, droge doek af.
●
Verwijder hardnekkige vlekken met een goed uitgewrongen natte doek. Wrijf de camera
vervolgens na met een droge doek.
●
Gebruik geen benzeen, verfverdunner, alcohol of allesreiniger. Deze kunnen de
behuizing of coating van de camera beschadigen.
●
Lees bij gebruik van een chemisch behandelde doek de meegeleverde instructies goed door.
Wanneer u de camera lange tijd niet gebruikt
●
Schakel de camera uit voordat u de batterij en de kaart verwijdert. (Zorg dat de batterij
is verwijderd om schade door diepontlading te voorkomen.)
●
Laat de camera niet in aanraking komen met rubberen of plastic zakken.
●
Bewaar de camera met een vochtabsorberend middel (silicagel) als deze in een lade
enzovoort wordt bewaard. Bewaar batterijen op een koele plaats (15 °C - 25 °C) met
een lage vochtigheid (40% - 60%) en geen grote temperatuurschommelingen.
●
Laad de batterij eens per jaar op en laat deze een keer volledig leeg lopen voordat u deze weer bewaart.
90
VQT2N06