12
Druk op de knop
op de knop om [Wireless Network Selection (Selectie van
draadloos netwerk)] te selecteren en druk op de
Het apparaat begint te zoeken naar draadloze LAN-toegangspunten. Wacht enkele
ogenblikken.
13
Wanneer de draadloze LAN toegangspunten worden ingegeven druk op de
of
knop om een draadloos LAN-toegangspunt te selecteren en druk
vervolgens op
.
Wanneer alleen [Manual Setup] wordt weergegeven, of de SSID of het draadloze LAN toegangspunt dat u wilt
gebruiken zich niet in de lijst bevindt, stel in via het volgen van de procedure in
bedieningspaneel om een verbinding te
maken".
De invoerscherm van de versleutelingssleute is geschikt voor de versleutelingsmethode van het gekozen
draadloze LAN-toegangspunt dat wordt weergegeven.
14
Voer dezelfde encryptiesleutel in die u heeft aangegeven in stap 1 en druk dan
op [OK (OK)] .
De versleutelingssleutel varieert afhankelijk van het draadloze LAN-toeganspunt of beveiliging.
Als [WPA Pre-shared Key (WPA Eerder gedeelde Sleutel)] wordt weergegeven
•
Onderdeel
Beveiliging
Encryptiesleutel
Als [WEP Key (WEP Sleutel)] wordt weergegeven
•
Item
Beveiliging
Encryptiesleutel
Indien geen van bovenstaande twee gevallen is toegepast.
•
Onderdeel
Beveiliging
Encryptiesleutel
15
Als de getoonde SSID dezelfde is als de SSID die u aangegeven heeft in stap
1, drukt u op [Yes (Ja)].
Wanneer "Verbinding succesvol." wordt weergegeven, drukt u op [Close (Sluiten)].
Als "Verbinding mislukt." wordt weergegeven, herhaal de procedure vanaf stap 7.
.
"Handmatig instellen vanaf het
Beschrijving
WPA/WPA2-PSK
Geef de Vooraf-Gedeelde Sleuter in.
Beschrijving
WEP
Voer de WEP-sleutel in.
Beschrijving
Uitschakelen
Geen ingang is vereist.
16
Als het teken van de antenne wordt weergegeven in de rechterbovenhoek van
het scherm, is de verbinding correct tot stand gekomen.
Het antenneteken wordt op sommige schermen niet weergegeven, zoals op het bovenste scherm.
Handmatig instellen vanaf het bedieningspaneel om een verbinding te
maken
Configureer de informatie van het draadloos LAN-toegangspunt (SSID, coderingsmethode
en coderingssleutel) handmatig en maak een verbinding met de draadloze LAN.
1
Controleer de SSID, coderingssleutel en de beveiliging door de
instructiehandleiding te raadplegen die men standaard bijgeleverd vindt bij het
toegangspunt van de draadloze LAN of andere documenten en schrijf de
informatie op.
Als de coderingsmethode WPA-EAP en WPA2-EAP is, dan vanaf de webpagina van dit apparaat instellen.
Voor details open de webpagina van deze machine en klik op [Admin Setup] > [Network] > [Wireless Setting] >
[Manual Setup].
Open de web-pagina van deze machine (Uitgebreide gids)
• Een SSID wordt ook een netwerknaam, ESSID of ESS-ID genoemd.
• Een verlseutelng sleutel wordt ook een netwerk sleutel genoemd, veiligheid sleutel, wachtwoord, of voor-
gedeelde Sleutel.
2
Controleer dat het draadloze LAN toegangspunt start en goed werkt.
3
Zet de machine aan.
Controleer dat het scherm "Wilt u draadloos instellen?" weergeeft en [Yes (Ja)] geselecteerd is en druk dan op
de
(OK).
4
Druk op de knop
5
Druk op de knop
of
Draadloos(infrastructuur))] drukken en druk op de
- 49 -
(OPTIES).
knop [Wireless(Infrastructure) Setting (Instelling
.
2. Instellen