DJI Air 3 Gebruikershandleiding
Afstandsbediening
(Modus 2)
76
©
2023 DJI Alle rechten voorbehouden.
Drone
Gasjoystick (Throttle):
of omlaag te bewegen verandert de hoogte van de
drone.
•
Duw de joystick omhoog om te stijgen en omlaag
om te dalen.
•
De drone zweeft op zijn plaats als de joystick in het
midden staat.
•
Hoe verder de joystick van het midden wordt
weggeduwd, hoe sneller de drone van hoogte
verandert.
Gebruik de linker joystick om op te stijgen als de
motoren stationair draaien. Duw altijd voorzichtig
tegen de joystick om plotselinge en onverwachte
veranderingen in hoogte te voorkomen.
Gier-joystick (Jaw):
of rechts om de richting van de drone te veranderen.
•
Duw de joystick naar links om de drone linksom te
laten draaien en naar rechts om de drone rechtsom
te laten draaien.
•
De drone zweeft op zijn plaats als de joystick in het
midden staat.
•
Hoe verder de joystick van het midden wordt
weggeduwd, hoe sneller de drone draait.
Kanteljoystick (Pitch):
neer te bewegen verandert de kanteling van de neus
van de drone.
•
Duw de joystick omhoog om voorwaarts te vliegen,
en naar beneden om achterwaarts te vliegen.
•
De drone zweeft op zijn plaats als de joystick in het
midden staat.
•
Hoe verder de joystick van het midden wordt
weggeduwd, hoe sneller de drone beweegt.
Rolljoystick:
rechts te bewegen verandert de rolhoek van de drone.
•
Duw de joystick naar links om naar links te vliegen
en naar rechts om naar rechts te vliegen.
•
De drone zweeft op zijn plaats als de joystick in het
midden staat.
•
Hoe verder de joystick van het midden wordt
weggeduwd, hoe sneller de drone beweegt.
Opmerkingen
door de linker joystick omhoog
beweeg de linker joystick naar links
door de rechter joystick op en
door de rechter joystick naar links of