•
Gimbalinstellingen: tik hierop om de gimbalmodus in te stellen, kalibratie van de gimbal uit
te voeren en de gimbal opnieuw te centreren of de gimbal naar beneden te bewegen.
•
Instellingen van de afstandsbediening: tik hierop om de functie van de aanpasbare knop in
te stellen, de afstandsbediening te kalibreren, joystickmodi te wisselen. Zorg ervoor dat u de
werking van een joystickmodus begrijpt voordat u de joystickmodus wijzigt.
•
Vlieginstructie: bekijk de vlieginstructie.
•
Opnieuw koppelen met drone (koppeling): tik om te beginnen met koppelen wanneer de
drone niet is gekoppeld met de afstandsbediening.
Camera
•
Parameterinstellingen van de camera: geeft verschillende instellingen weer volgens de
opnamemodus.
Opnamemodi
Fotomodus
Opnamemodus
MasterShots
QuickShots
Hyperlapse
Pano
•
Algemene instellingen
Anti-flikkeren
Histogram
Piekniveau
Waarschuwing voor
overmatige blootstelling
Rasterlijnen
Witbalans
Instellingen
Formaat, beeldverhouding, resolutie
Kleur, coderingsindeling, video-ondertiteling
Kleur, coderingsindeling, video-ondertiteling
Kleur, coderingsindeling, video-ondertiteling
Fototype, opnamekader
Fototype
Indien ingeschakeld, wordt de beeldflikkering die door de
lichtbron wordt veroorzaakt, verminderd wanneer u fotografeert
in omgevingen met licht.
In de Pro-stand wordt anti-flicker alleen van kracht als de
sluitertijd en ISO zijn ingesteld op automatisch.
Indien ingeschakeld, kunnen gebruikers het scherm controleren
om te zien of de belichting geschikt is.
Wanneer deze optie is ingeschakeld in de MF-modus, worden de
objecten in focus rood omlijnd. Hoe hoger het piekniveau, hoe
dikker de contour.
Indien ingeschakeld, wordt het gebied voor overbelichting
geïdentificeerd met diagonale lijnen.
Schakel rasterlijnen in zoals diagonale lijnen, negen vierkante
rasters en middelpunt.
Stel in op automatisch of pas de kleurtemperatuur handmatig
aan.
DJI Air 3 Gebruikershandleiding
©
2023 DJI. Alle rechten voorbehouden.
97