REINIGING EN
ONDERHOUD VAN UW
OVEN
REINIGING
Voordat u uw oven gaat schoonmaken
dient u ervoor te zorgen dat alle bedie-
ningsknoppen uit zijn en uw apparaat is
afgekoeld. Haal de stekker van het ap-
paraat uit het stopcontact.
Gebruik geen reinigingsmiddelen, die
deeltjes bevatten die krassen kunnen
veroorzaken op het geëmailleerde op-
pervlak en
de geverfde delen van uw oven. Gebru-
ik crème-achtige of vloeibare reiniging-
smiddelen, die geen deeltjes bevatten.
Gebruik geen bijtende crèmes, schuren-
de schoonmaakpoeders, ruwe staalwol
of ander hard gereedschap omdat die
de oppervlaktes kunnen beschadigen.
Indien er overtollig vloeistof in uw oven
morst en deze verbrandt, dan kan dit
schade aan het geëmailleerd oppervlak
veroorzaken. Verwijder dus onmiddellijk
de gemorste vloeistoffen. Geen stoom-
reinigers gebruiken voor het reinigen
van de oven.
Reiniging van de binnenkant
van de oven
Zorg ervoor dat u de stekker uit het
stopcontact trekt voordat u de oven
gaat schoonmaken. U zult de beste re-
sultaten krijgen wanneer u de binnen-
kant van de oven reinigt als die nog een
beetje warm is. Maak uw oven na elk
gebruik schoon met een zachte doek,
bevochtigd met water en zeep. Veeg
hem daarna nogmaals schoon met een
vochtige doek en droog hem na. Een
complete reiniging met behulp van po-
ederachtige schoonmaakmiddelen. Bij
katalytische geëmailleerde frames is
het niet nodig om de achter- en zijwan-
den schoon te maken. Wij adviseren
u echter om, afhankelijk van het gebru-
ik, deze na een bepaalde tijd te ver-
vangen.
ONDERHOUD
Het vervangen van het
ovenlicht
De vervanging van de ovenlamp dient
te worden uitgevoerd door een erken-
de technicus. De eigenschappen van
de lamp dienen te zijn: 230V, 25Watt,
type E14 en T300. De oven dient te zijn
afgekoeld en de stekker uit het stopcon-
tact te zijn getrokken voordat u de lamp
gaat vervangen.
De lamp is specifiek ontworpen voor
huishoudelijke kookapparaten en niet
geschikt voor het verlichten van een
kamer.
NL - 22