6.2
Wissel van de werkstukhouder
De Ceramill Motion 2 is bij levering uitgerust met
een werkstukhouder maat 71. Voor de bewerking
van de verschillende materialen is eventueel een
andere werkstukhouder nodig.
Om de werkstukhouder te wisselen:
▷ Bij gesloten deur de bedieningstoets [A] drie
seconden ingedrukt houden.
Het actuele gereedschap wordt neergelegd. De
werkstukhouder [2] beweegt naar de wisselpo-
sitie.
1
Fig. 20 Vijfassig model
1
2
Fig. 21 Vierassig model
Legenda bij afbeelding 20 en afbeelding 21:
1 Bevestigingsbout voor werkstukhouder
2 Werkstukhouder
▷ De bevestigingsbout [1] losdraaien.
▷ De werkstukhouder naar rechts (vijfassig
model) resp. naar onderen (vierassig model) los-
trekken.
G E B R U I K E N B E D I E N I N G
▷ Het opnameboorgat en de opnamevlakken reini-
gen.
▷ De bouten van de te monteren werkstukhouder
controleren en indien nodig reinigen.
▷ De werkstukhouder met de bouten tot deze niet
meer verder kan in het opnameboorgat duwen.
AANWIJZING:
Onnauwkeurige werkresultaten of beschadiging
van de werkstukhouderopname!
▷ De bevestigingsbout [1] met een draaimoment
van 4 Nm vastdraaien.
De meegeleverde draaimomentsleutel is
daarop ingesteld.
2
▷ De bevestigingsbout [1] met de meegeleverde
draaimomentsleutel vastdraaien.
▷ De bedieningstoets [A] kort indrukken.
Het apparaat gaat naar de basispositie.
6.3
Controleren van het modelbereik
Het modelbereik waarop het werk vervaardigd
wordt, moet in de contour van de meegeleverde
sjabloon passen (zie ook Match Package). Anders
kan het werk niet in de ruwe vorm vervaardigd
worden.
Bij de sjabloon is rekening gehouden met de krim-
ping van het zirkoniumoxide bij het eindsinteren.
Fig. 22 Sjabloon voor ZI 71 zirkoniumoxide
▷ Voor werkzaamheden in was of kunststof het
modelbereik opmeten.
N L
27