tams elektronik
5. Checklist voor het oplossen van problemen en het corrigeren van fouten
!
Waarschuwing: Als u een sterke warmteontwikkeling waarneemt, moet u onmiddellijk
de verbinding met de voedingsspanning verbreken. Brandgevaar!
Mogelijke oorzaken:
Een of meer aansluitingen zijn defect. à Controleer de aansluitingen.
De module is defect. à Stuur de pendeltreinbesturing ter controle op.
Pendelbedrijf start niet
Het pendelbedrijf start niet ondanks dat de pendeltreinsturing correct is aangesloten en
ingeschakeld.
Mogelijke oorzaken:
De locomotief of een van de twee locomotieven heeft niet voldoende contact. à Controleer
of de locomotief (locomotieven) correct is (zijn) opgespoord en de wielen voldoende contact
hebben.
Wanneer met twee locomotieven wordt gereden, staat geen van de twee locomotieven op
een van de twee sporen in eindstation A. à Plaats ten minste één locomotief op een van de
twee sporen in eindstation A.
De PZS-2.2 heeft de stroom voor de pendel lijn uitgeschakeld wegens overbelasting of
kortsluiting. De LED's op de printplaat knipperen snel. à Controleer of er kortsluiting is op
de sporen of dat de stroomopname van de locomotieven en rijtuigen meer dan 2.000 mA is.
Schakel de voeding uit. Verhelp de kortsluiting en/of de overbelasting en schakel de
voeding weer in.
Niet remmen bij het binnenrijden van een spoorsectie
Wanneer de trein het "eindstation" of "tussenstation" van de lijn bereikt, remt hij niet af, maar
rijdt hij met maximale snelheid verder.
Mogelijke oorzaken:
Een of meer scheidingspunten zijn verkeerd geplaatst of (per ongeluk) overbrugd.
à Controleer
de
aansluitschema's voor modelbanen volgens NEM 631 en afwijkend van NEM 631.
Een of meer aansluitingen op de rails zijn niet correct uitgevoerd of verkeerd gerangschikt.
à Controleer de railaansluitingen. Let op de verschillende aansluitschema's voor
modelbanen volgens NEM 631 en afwijkend van NEM 631.
Geen tijdige stop op het eindstation
De trein rijdt tegen de bufferstop op het eindstation, hoewel er een stopdiode is geïnstalleerd.
Mogelijke oorzaken:
De stopdiode is met de verkeerde polariteit geïnstalleerd. à Controleer de stopdiode en
verander zo nodig de inbouwrichting.
De stopdiode is op de verkeerde rail aangesloten. à Controleer de plaatsing van de
stopdiode en het scheidingspunt. Let op de verschillende aansluitschema's voor
modelbanen volgens NEM 631 en afwijkend van NEM 631.
Checklist voor het oplossen van problemen en het corrigeren van fouten | 29
plaatsing
van
de
scheidingspunten.
Let
PZS-2.2
op
de
verschillende