De koelvloeistof voorafgaand aan het afpompen opvangen in een container
❋ Wanneer de hoeveelheid koelvloeistof in het systeem de maximale retourcapaciteit overschrijdt, vangt u de koelvloeistof eerst
op in een koelvloeistofcontainer, voordat u begint met afpompen.
Bereid de speciale koelvloeistofcontainer die kan worden bijgevuld, weeg en gebruik een manometer.
Controleer de huidige hoeveelheid koelvloeistof in het systeem.
Nadat u de koelvloeistofcontainer hebt aangesloten op de buitenunit, schakelt u voor 50% van alle binnenunits de koelmodus
in.
Controleer nadat de koelmodus 10 minuten is uitgevoerd, de druk aan de hogedrukkant. Wanneer de druk van de hoge druk
hoger is dan 30 kg/cm²,g schakelt u een aantal binnenunits uit, zodat de druk daalt tot onder 30 kg/cm²,g.
Nadat u hebt gecontroleerd of de druk aan de hogedrukkant is gedaald tot onder 30 kg/cm²,g, opent u de klep aan de kant van
de manometer (2), die is aangesloten op de koelvloeistofleiding en de klep van de koelvloeistofcontainer. Laat de koelvloeistof
vervolgens in de koelvloeistofcontainer lopen.
Controleer of de juiste hoeveelheid koelvloeistof in de container wordt verzameld door gebruik te maken van een weegschaal,
schakel de klep uit en verwijder de manometer.
U kunt ongeveer 50% van de totale hoeveelheid koelvloeistof in het systeem opvangen in de koelvloeistofcontainer.
Vang niet te veel koelvloeistof op in één koelvloeistofcontainer.
R-410A
Koelvloeistofcontainerklep
Schaal
Buitenunit
Vloeistofkant
Gaskant
Klep (1)
Klep (2)
Manometer
Serviceklep
49