7 Ingebruikname
Als de CV-installatie zich over meerdere verdiepingen uit-
strekt, dan kunnen hogere waarden voor de vuldruk vereist
zijn om lucht in de CV-installatie te vermijden.
7.10
Te lage waterdruk vermijden
Om schade aan de CV-installatie door te geringe vuldruk
te vermijden, is het product met een waterdruksensor uit-
gerust. Het product signaleert bij het onderschrijden van
0,1 MPa (1,0 bar) vuldruk het druktekort met een knippe-
rende drukwaarde op het display. Als de vuldruk een waarde
van 0,05 MPa (0,5 bar) onderschrijdt, dan schakelt het pro-
duct uit. Het display geeft F.22 weer.
▶
Vul CV-water bij om het product opnieuw in gebruik te
nemen.
Het display geeft de drukwaarde knipperend weer tot een
druk van 0,11 MPa (1,1 bar) of hoger bereikt is.
▶
Als u vaak een drukdaling vaststelt, dan dient u de oor-
zaak te zoeken en te verhelpen.
7.11
CV-installatie spoelen
1.
Om te verhinderen dat verontreinigingen uit de CV-in-
stallatie de plaatwarmtewisselaar verstoppen, installeer
dan een vuilfilter voor de plaatwarmtewisselaar.
2.
Spoel de CV-installatie en de CV-ketel grondig uit.
7.12
CV-installatie vullen en ontluchten
Voorwaarde: De CV-installatie en de CV-ketel zijn grondig gespoeld.
▶
Kies het controleprogramma P.06.
◁
De pompen lopen niet en het product gaat niet in
CV-bedrijf.
1.
Neem de aanwijzingen bij het onderwerp CV-water
voorbereiden (→ Pagina 17) in acht.
2.
Verbind vul- en aftapkraan van de CV-ketel volgens de
normen met een vulwatertoevoer, indien mogelijk met
de koudwaterkraan.
3.
Open de vulwatertoevoer.
4.
Controleer evt. of beide onderhoudskranen aan de CV-
ketel geopend zijn.
5.
Open langzaam de vul- en aftapkraan zodat het water
in de CV-ketel stroomt.
Aanwijzing
De CV-ketel is met een snelontluchter uit-
gerust. Er mogen bijkomende maatregelen
getroffen worden zodat het verwarmingssys-
teem tijdens het vullen en de ingebruikne-
ming ofwel door een snelontluchter of hand-
matig ontlucht kan worden.
6.
Let op de stijgende vuldruk in de CV-ketel.
7.
Vul water bij tot de vereiste vuldruk bereikt is.
8.
Sluit de vul- en aftapkraan en de koudwaterkraan.
9.
Om de CV-ketel te ontluchten, kiest u het testpro-
gramma P.00.
◁
De CV-ketel treedt niet in werking, de externe pomp
loopt intermitterend en ontlucht naar keuze het CV-
circuit of het warmwatercircuit. Het display toont de
vuldruk van de CV-ketel.
20
10. Om de ontluchtingsprocedure reglementair te kunnen
uitvoeren, dient u erop te letten dat de vuldruk niet on-
der de minimale vuldruk daalt.
–
Minimale vuldruk: 0,1 MPa (1,0 bar)
Aanwijzing
Het testprogramma P.00 loopt per circuit
7,5 minuten.
Na het beëindigen van de vulprocedure moet
de vuldruk minstens 0,02 MPa (0,2 bar)
boven de tegendruk van het expansievat
(ADG) liggen (P
(0,2 bar)).
11. Als zich na het beëindigen van het testprogramma P.00
nog teveel lucht in de CV-ketel bevindt, start het test-
programma dan opnieuw.
12. Controleer alle aansluitingen en het volledige systeem
op dichtheid (→ Pagina 22).
7.13
Condenswatersifon vullen
Gevaar!
Vergiftigingsgevaar door lekkende rook-
gassen!
Door een lege of niet voldoende gevulde si-
fonbeker kunnen rookgassen in de ruimte-
lucht ontsnappen.
▶
Vul voor de ingebruikname van het pro-
duct de sifonbeker met water.
1
2
1.
Verwijder het onderste sifondeel (2) door het van de
sifonbeker (1) te schroeven.
2.
Vul het onderste deel van de sifon tot 10 mm onder de
bovenkant met water.
3.
Bevestig het onderste sifondeel opnieuw correct aan de
sifonbeker.
Installatie- en onderhoudshandleiding ecoTEC plus 0020149599_06
≥ P
+ 0,02 MPa
installatie
ADG