Inhoudsopgave
Advertenties
2
Veiligheidsinstructies
2.4.2
2.5
2.6
8
Veiligheidsinstructies kinderstoelen
Kans op dodelijk letsel!
Wanneer een maxicosi tegen de rijrichting in op de bijrijdersstoel wordt ge-
plaatst terwijl de airbag actief is, kan dit, ongeacht de ernst van de botsing,
tot dodelijke letsel van de zuigeling leiden.
→ Vervoer kleine kinderen in hun eigen kinderzitje op de achterbank!
Wanneer het noodzakelijk is, het klein kind in een babystoeltje op de
bijrijdersstoel te vervoeren:
– Bijrijdersstoel op de extern zitpositie instellen, om aanraking van het
babystoeltje met het dashboard te vermijden!
– Deactiveer de front- en zijairbag aan de bijrijderszijde via het
setup-menu.
– De uitschakeling van de airbags aan de hand van de brandende led
van de toets op het dashboard controleren!
→ Meer informatie over het gebruik van kinderzitjes vindt u in het hoofdstuk
„4.6 Kinderstoelen" op pagina 27.
Rijden met aanhanger
→ Bij het koppelen of ontkoppelen van een aanhanger voorzichtig te werk
gaan.
→ Tijdens de manoeuvres voor koppelen/afkoppelen, mogen er zich geen
personen tussen de Malibu-buscamper en de aanhanger bevinden.
→ Bij het manoeuvreren door één enkel persoon, de rijweg aan de zijkant
achter de aanhanger beveiligen en de bestuurder laten dirigeren.
Gasinstallatie
→ Wanneer de gasinstallatie defect is (gaslucht, hoog gasverbruik) bestaat
er explosiegevaar! Sluit onmiddellijk het hoofdafsluitventiel op de gasfles.
De ramen en deuren openen en luchten. Niet roken, geen open vlammen
aansteken en geen elektrische schakelaars (startmotor, lichtschakelaar
enz.) bedienen. Defect door een geautoriseerde service-werkplaats laten
verhelpen.
→ Voor het rijden alle gasafsluiters en de hoofdafsluiter sluiten. Uitzondering:
Bij een gemonteerde gasregelaar met crash-sensor mogen de gasafsluiter
"Verwarming" en het hoofdafsluitventiel open worden gelaten, wanneer u
tijdens het rijden het woongedeelte wilt verwarmen.
→ Gedurende het tanken, op veerponten en in de garage mogen potentiële
ontstekingsbronnen (gasfornuis, verwarming, boiler, koelkast, enz.) niet in
bedrijf zijn. Explosiegevaar!
→ De gasinstallatie alleen door een erkende geautoriseerde service-werk-
plaats laten repareren of aanpassen.
→ De gasinstallatie voor ingebruikneming, ten minste om de 2 jaar, door een
erkende geautoriseerde service-werkplaats laten controleren. Dit geldt
ook voor niet aangemelde voertuigen. Aanpassingen aan de gasinstallatie
onmiddellijk laten controleren door een erkende geautoriseerde ser-
vice-werkplaats.
110-0001-06NL
Advertenties
Inhoudsopgave
