• Plaats tijdens de bereiding geen schalen of
bakplaten rechtstreeks op de bodem van de oven.
De bodem wordt heel heet en kan het product
beschadigen.
•
Laat het fornuis niet onbeheerd achter wanneer u
met vaste of vloeibare vetten kookt. Deze kunnen bij
oververhitting in brand vliegen. Giet nooit water op
vlammen die worden veroorzaakt door olie/vet.
Schakel het fornuis uit en dek de pan af met zijn
deksel of met een branddeken.
•
Indien het product voor een langere periode niet
wordt gebruikt, draait u de hoofdschakelaar uit.
• Let er op dat de bedieningstoetsen van het fornuis
steeds op "0" (stop) staan als het fornuis niet wordt
gebruikt.
• De laden hellen over wanneer ze uit de oven
worden getrokken. Wees voorzichtig bij het uit de
oven nemen dat u geen heet voedsel morst of laat
druppen.
• Als de ovendeur openstaat, mag u er niets op
plaatsen. Dit kan het evenwicht van de oven
verstoren of de deur beschadigen.
• Hang geen handdoeken, vaatdoeken of kleding aan
het apparaat of de handvaten.
1.5. tijdens reiniging en onderhoud
•
Schakel altijd het apparaat uit voordat u het
schoonmaakt of onderhoudt. Dit kan na het
verwijderen van de stekker uit het stopcontact of de
hoofdschakelaars uit te schakelen.
• Verwijder de bedieningsknoppen niet tijdens het
reinigen van het bedieningspaneel.
• Om de efficiëntie en veiligheid van het apparaat te
handhaven, raden we aan dat u steeds de originele
NL - 8