Tekst invoeren
• Druk op de toets
om een spatie in te voegen.
• In de ABC-stand kunt u met de toets
hoofdletters en kleine letters schakelen. Er zijn
drie mogelijkheden: alleen hoofdletters (
alleen kleine letters (
) en beginhoofdletters
(
).
• Met de navigatietoetsen kunt u de cursor
verplaatsen. Druk op de toets C als u letters wilt
verwijderen. Houd de toets C ingedrukt om alle
letters te wissen.
De cijferstand gebruiken
In deze stand kunt u cijfers invoegen in een
tekstbericht. Druk op de desbetreffende
cijfertoetsen.
40
tussen
),
Speciale tekens invoeren
In deze stand kunt u symbolen en speciale tekens
invoegen in een tekstbericht.
Gewenste actie
Werkwijze
Een symbool
Druk op de
selecteren
desbetreffende
cijfertoets.
Meer symbolen
Druk op de toets
weergeven
Omhoog of Omlaag.
Een of meer symbolen
Druk op de toets C. Als
wissen
het invoerveld leeg is,
keert u met deze toets
terug naar de vorige
stand.
Symbool invoegen in
Druk op de functietoets
het bericht
OK of op de
middentoets.
Uw invoer annuleren
Druk op de functietoets
en de symboolstand
.
verlaten
Tekst invoeren
41