6. Zie foto 4: Breng de pons naar de matrijs en controleer
of beide goed staan afgesteld ten opzichte van elkaar.
De pons moet gemakkelijk in de matrijs passen. Kleine
afstellingen van de matrijs zijn mogelijk door de matrijs
los te draaien, de positie te verstellen en de stelschroef
weer vast te draaien.
BELANGRIJK: Controleer tijdens het ponsen regelmatig
of de dopmoer nog goed vastzit. Verwijder eveneens
propjes uit de pons om beschadigingen van de
bevestigingsbeugel te voorkomen.
danger.eps
6.0 OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
Probleem
1. Cilinder beweegt niet
2. Cilinder beweegt maar
klein stukje
3. Cilinder beweegt met
horten en stoten
4. Cilinder beweegt
langzamer dan
gewoonlijkl
Mogelijke oorzaken
A. Aflaatklep pomp open
B. Geen olie in pomp
C. Luchtgebonden
D. Koppelstukken niet helemaal
aangedraaid
E. Hydraulische leiding
geblokkeerd
F. Gebroken veer in cilinder
A. Olieniveau in pompreservoir is
laag
B. Cilinderplunjer loopt stroef
A. Lucht in hydraulisch systeem
B. Plunjer vastgelopen
A. Lekkende verbinding
B. Vernauwde hydraulische leiding
C. Koppel- of hulpstuk los
D. Pomp functioneert niet goed
5.0 ONDERHOUD EN SERVICE
Onderhoud is noodzakelijk zodra slijtage of lekkage
optreedt.
Controleer
om problemen op te sporen waarvoor onderhoud en
service vereist is. Bij Enerpac zijn kant-en-klare losse
onderdelensets
verkrijgbaar
vervangingen. Formulieren met reparatieonderdelen zijn
verkrijgbaar. Neem contact op met Enerpac.
Probleem
5. Cilinder beweegt
vooruit, maar houdt de
druk niet vast
6. Cilinder lekt olie
7. Cilinder trekt niet
terug, trekt slechts
gedeeltelijk terug of
trekt langzamer terug
dan normaal
18
alle
onderdelen
voor
reparaties
Mogelijke oorzaken
A. Lekkende afdichtingen
B. Lekkende verbinding
C. Pomp functioneert niet goed
A. Versleten of beschadigde plunjer
B. Lekkende of losse verbinding
C. Interne lekkage
A. Aflaatklep pomp gesloten
B. Koppelstuk niet helemaal dicht
C. Geblokkeerde hydraulische leiding
D. Pompreservoir te vol
E. Cilinder inwendig of uitwendig
beschadigd
regelmatig
en/of