Karakteristiek-parameters van CMT Advanced
karakteristieken
Algemeen
OPMERKING!
Het opstellen en bewerken van CMT / pulskarakteristieken (CMT+P) is een com-
plexe opgave en vereist dus kennis van Onderzoek & Ontwikkeling.
Voor het opstellen en bewerken van CMT+P karakteristieken is een speciale
meettechniek (bijv. highspeed camera, oscilloscoop, enz.) evenals een omvangrij-
ke kennis van de achtergrond noodzakelijk.
Het aanpassen van CMT Advanced karakteristieken ter plaatse dient alleen voor
het optimaliseren van de desbetreffende applicatie.
Ontsteking
Bij CMT-processen wordt het starten over het algemeen met SFI (SpatterFree
Ignition) ingeleid. Het verdere ontsteken tijdens het CMT-proces wordt door de
volgende parameters geregeld:
slaghammer On_1/Off_0
Functie voor het verwijderen van slakken aan het einde van de draadelektrode
De draadelektrode voert een snelle voor- en achterwaartse beweging uit en
raakt daarbij het oppervlak van het werkstuk tot een eventueel aanwezige slak
van de draadelektrode afspringt en er een ontsteking plaatsvindt.
Bij aluminium materialen is de ontstekingsparameter slaghammer = 0.
I_ignition
Richtwaarde van de startstroom [A] die bij het starten van het lassen wordt in-
gesteld. De startstroom is afhankelijk van het toevoegmateriaal en de draaddi-
ameter.
t_ignition
Duur [ms], hoelang de parameters Vd_ignition en I_iginition bij het starten ac-
tief zijn.
0
99,98
Hotstart
t_hotstart
Duur [ms], hoe lang bij het starten met lassen de ingestelde verandering van
het boogvermogen actief is.
0
650
=
geen startstroom, geen draadsnelheid
=
max. duur voor startstroom en draadsnelheid-richtwaarde
=
geen verandering van het boogvermogen
=
max. duur voor de verandering van het boogvermogen
129