Inhoudsopgave
Advertenties
in menu Vorstbesch. of Buitentemp. of Kamer- en buitentemp. is inge-
steld.
OPMERKING
Beschadiging van cv-watertransporterende installatiedelen bij te
laag ingestelde vorstbeveiligingsgrenstemperatuur en langer aan-
houdende buitentemperatuur onder 0 °C.
▶ De fabrieksinstelling van de grenstemperatuur voor vorst (5 °C) mag
alleen door een installateur worden aangepast.
▶ Stel de grenstemperatuur voor de vorstbescherming niet te laag in.
Schade door een te laag ingestelde vorstbeschermingsgrenstempe-
ratuur is uitgesloten van de garantie.
▶ Vorstbeschermingsgrenstemperatuur en vorstbescherming voor alle
cv-circuits instellen.
▶ Om de vorstbeveiliging van de gehele cv-installatie te waarborgen, in
menu Buitentemp. of Kamer- en buitentemp. of Vorstbesch. instel-
len.
De instelling Ruimtetemperatuur biedt geen absolute vorstbescher-
ming, omdat bijvoorbeeld in gevels geïnstalleerde leidingen kunnen be-
vriezen. Is een buitentemperatuursensor geïnstalleerd dan kan echter
onafhankelijk van het ingestelde type regeling de vorstbeveiliging van de
gehele cv-installatie worden gewaarborgd.
4.3.4
Menu chapedroging
Dit menu is alleen beschikbaar, wanneer minimaal een vloerverwar-
mingscircuit in de installatie is geïnstalleerd en ingesteld.
Stel in dit menu een programma voor de chapedroging voor het gekozen
cv-circuit of de gehele installatie in. Om een nieuwe afwerkvloer te dro-
gen, doorloopt de verwarming eenmaal automatisch het programma
voor de chapedroging.
Na uitval van de voedingsspanning gaat de bedieningseenheid automa-
tisch verder met het programma voor de chapedroging. De onderbreking
van de voedingsspanning mag echter nooit langer duren dan de gangre-
serve van de bedieningseenheid of de maximale uitvaltijd.
OPMERKING
Gevaar voor beschadiging van de afwerkvloer!
▶ Bij installaties met meerdere circuits kan deze functie alleen in com-
binatie met een gemengd cv-circuit worden gebruikt.
▶ Drogen afwerkvloer conform de specificaties van de leverancier van
de afwerkvloer instellen.
▶ Bezoek de ruimte ondanks het drogen van de afwerkvloer elke dag en
houd het voorgeschreven protocol bij.
T
/°C
0
3
60
50
2
1
40
30
20
0
2
4
6
Afb. 6
Verloop van de chapedroging met de fabrieksinstellingen in de
opwarmfase
HMC 310 – 6721824115 (2023/02)
4
t/d
8
10
12
14
0010021148-001
T
/°C
0
60
50
40
4
30
20
8
10
12
14
Afb. 7
Verloop van de chapedroging met de fabrieksinstellingen in de
koelfase
Legenda bij afb. 6 en afb. 7:
T
Aanvoertemperatuur
0
t
Tijd (in dagen)
Menupunt
Regelbereik: functiebeschrijving
Actief
[Ja]: de voor de chapedroging noodzakelijke instellingen
worden getoond.
[Nee]: de chapedroging is niet actief en de instellingen
worden niet getoond (basisinstelling).
Wachttijd voor
[Geen wachttijd]: het programma voor de chapedroging
start
start onmiddellijk voor de gekozen cv-circuits.
[1 ... 50] dagen: het programma voor de chapedroging
start na de ingestelde wachttijd. De gekozen cv-circuits zijn
tijdens de wachttijd uitgeschakeld, de vorstbeveiliging is
actief ( afb. 6, tijd voor dag 0)
Startfase duur
[Geen startfase]: geen startfase.
[1 ... 3 ... 30] dagen: instelling voor de tijdsafstand tussen
begin van de startfase en de volgende fase ( afb. 6, [1]).
Startfase tempera-
[20 ... 25 ... 55] °C: aanvoertemperatuur tijdens de start-
tuur
fase ( afb. 6, [1])
Opwarmfase stap-
[Geen opwarmfase]: er vindt geen opwarmfase plaats.
grootte
[1 ... 10] dagen: instelling voor de tijdvertraging tussen de
stappen (stapgrootte) in de opwarmfase ( afb. 6, [3])
Opwarmf.
[1 ... 5 ... 35] K: temperatuurverschil tussen de stappen in
temp.verschil
de opwarmfase ( afb. 6, [2])
Duur aanhoudfase [1 ... 7 ... 99] dagen: tijdsafstand tussen begin van de
houdfase (houdtijd van de maximumtemperatuur bij de
chapedroging) en de volgende fase ( afb. 6, [4])
Aanhoudfase tem-
[20 ... 55] °C: aanvoertemperatuur tijdens de houdfase
(maximale temperatuur, afb. 6, [4])
peratuur
Afkoelfase stap-
[Geen afkoelfase]: er vindt geen koelfase plaats.
grootte
[1 ... 10] dagen: instelling voor de tijdvertraging tussen de
stappen (stapgrootte) in de koelfase ( afb. 7, [5]).
Afkoelfase
[1 ... 5 ... 35] K: temperatuurverschil tussen de stappen in
temp.verschil
de koelfase ( afb. 7, [6]).
Eindfase duur
[Geen eindfase]: er vindt geen eindfase plaats.
[Constant]: er is geen eindtijdstip voor de eindfase vastge-
legd.
[1 ... 30] dagen: instelling van de tijdsafstand tussen be-
gin van de eindfase (laatste temperatuurstap) en het einde
van het programma voor de chapedroging ( afb. 7, [7]).
Eindfase tempera-
[20 ... 25 ... 55] °C: aanvoertemperatuur tijdens de eind-
tuur
fase ( afb. 7, [7]).
Max. onderbre-
[2 ... 12 ... 24] h: maximale duur van een onderbreking
kingstijd
van de chapedroging (bijvoorbeeld door stoppen van de
chapedroging of stroomuitval) tot een storingsmelding
wordt gegeven.
4
Servicemenu
5
6
7
t/d
16
18
20
22
0010021149-001
13
Advertenties
Inhoudsopgave
