[ Stille s] modus
Schakel camerageluiden en licht uit in situaties waar deze niet gewenst zijn.
1
Markeer [Stille s] in het AP-modusmenu (Blz. 40) en druk op de knop Q.
2
Druk de sluiterknop half in om scherp te stellen.
• Als de scherpstelindicator knippert, is het onderwerp niet scherpgesteld.
3
Druk de ontspanknop helemaal in om de foto te maken.
• Als de sluiter wordt ontspannen, wordt het monitorscherm even donker. Er klinkt geen
sluitergeluid.
• Het gewenste resultaat wordt mogelijk niet bereikt bij flikkerende lichtbronnen, zoals TL-
of ledlampen, of als het onderwerp abrupt beweegt tijdens de opname.
• Als [Stille s] is geselecteerd in de SCN- of Z-modus, worden de volgende
maatregelen getroffen om het door de camera geproduceerde ruis en licht te reduceren.
- Elektronische sluiter: ingeschakeld
- 8: Uit
- AF-hulpverlichting: Uit
- Flitsmodus: Uit
• Ruisonderdrukking is niet beschikbaar als [Stille s] is geselecteerd in de SCN-of
Z-modus.
• Merk op dat door de elektronische sluiter het onderwerp vervormd kan zijn op foto's als
de camera tijdens de opname snel beweegt of bij het opnemen van snel bewegende
voorwerpen.
$
• Druk op G voor voor sequentiële opnamen/fotografie met de zelfontspanner (Blz. 78).
• Geavanceerde instellingen kan worden gebruikt als u Stille s-fotografie (Blz. 79)
selecteert in de P/A/S/M/ART-modus. g "Opties voor stille modus (Instellingen
stille s)" (Blz. 125)
2
45
NL