Inhoudsopgave
Advertenties
NL
Aantal
Oplaadfase
afb. en
aantal keer
dat de LED
knippert
1
Herstel (reconditionering)
2
Bulk
3
Absorptie
4
Onderhoud
INSTRUCTIE Als een LED een
oplaadfase aangee door te knipperen,
2 s volgt er een pauze. Na de pauze
wordt de huidige laadfase opnieuw
aangegeven. Dit proces wordt herhaald
totdat de accu volledig is opgeladen.
8 Installatie
WAARSCHUWING! Explosiegevaar
Plaats de acculader niet in de buurt
van overstroomde accu's, omdat deze
brandbare, corrosieve en explosieve gassen
produceren.
LET OP! Gevaar voor schade
Zorg ervoor dat het montageoppervlak het
gewicht van de acculader kan dragen.
INSTRUCTIE Monteer de acculader zo dicht
mogelijk bij de huisaccu.
Acculader monteren
INSTRUCTIE De acculader kan in elke
positie worden gemonteerd. Als de
acculader op een verticaal oppervlak is
gemonteerd, moet de korte zijde parallel
aan de vloer worden geïnstalleerd. De
aansluitingen moeten naar beneden wijzen.
1. Monteer de acculader met vier flensschroeven.
afb.
op pagina 4
2. Alleen GOLD25-M, GOLD30-M and GOLD40-
M: Koppel alle netspanningsacculaders los van het
originele laadsysteem.
60
3. Schakel de acculader uit met de aan/uit-schakelaar
(afb.
1).
afb.
op pagina 5
Acculader aansluiten
LET OP! Gevaar voor schade
Aansluiting 8 (afb. /afb. ) is enkel
voor technisch gebruik. Sluit geen
apparaten aan op aansluiting 8.
Zonnemodules kunnen een maximale
spanning hebben van 28 V.
INSTRUCTIE
Gebruik kabels met een doorsnede van
ten minste 10 mm² voor aansluitingen
tussen de startaccu en de acculader en
voor de uitvoerkabels naar de huisaccu.
Als de afstand tussen de startaccu en
de acculader groter is dan 2 m, gebruik
dan kabels met een doorsnede van ten
minste 16 mm² om spanningsdaling en
vermogensverlies te verminderen.
Monteer een gedeeld laadrelais als de
acculader is geïnstalleerd in een voertuig
zonder regeleenheid, zodat de huisaccu
kan worden opgeladen via de dynamo in
geval van een storing.
Alleen PLUS25, PLUS30 and PLUS40
afb.
op pagina 5
Alleen GOLD25-M, GOLD30-M and GOLD40-M
afb.
op pagina 5
1. Sluit de minpool van de startaccu aan op
contactdoos 1.
2. Sluit de pluspool van de startaccu aan op
contactdoos 3. Zet de lijn vast met een 70 A
zekering.
3. Sluit de minpool van de accu aan op de
contactdoos 2.
4. Als er geen IM12-150 is aangesloten, sluit u de
pluspool van de accu aan op de contactdoos 6 (zie
Accessoires). Zet de lijn vast met een 50 A zekering.
5. Als een IM12-150 is aangesloten:
a) Sluit de positieve aansluiting van de IM12-150
aan op de contactdoos 6 (zie Accessoires).
b) Verbind de pluspool van de huisaccu met de
pluspool van de IM12-150.
c) Bevestig de pluskabels met een 120 A zekering.
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
