4 Bediening
4.7 Uit bedrijf nemen
4.7.1 Verwarming uitschakelen (zomerbedrijf)
Tijdens de zomerperiode kunt u de verwarming
uitschakelen, de warmwatervoorziening blijft dan
normaal in bedrijf.
• Draai hiervoor de draaiknop (1) instelling cv-aanvoer-
temperatuur geheel naar links tot aan de aanslag.
4.7.2 Boilerfunctie uitschakelen (cv-toestel met
indirectgestookte boiler VIH...)
Bij cv-toestellen waarbij een indirectgestookte boiler
VIH... is aangesloten, kunt u de het opwarmen van de
boiler uitschakelen. De verwarming blijft dan normaal
in bedrijf.
• Draai hiertoe de draaiknop „warmwatertemperatuur-
instelling" geheel naar links tot aan de aanslag
(zie blz.8). Het opwarmen van de boiler is nu
uitgeschakeld. De vorstbeveiliging, ter bescherming
van de boiler tegen bevriezen, blijft actief.
Afb. B.16: Verwarming uitschakelen (zomerbedrijf)
4.7. 3 Volledig uit bedrijf nemen
Bij volledig uit bedrijf nemen worden zowel de verwar-
mings- als de warmwaterfunctie uitgeschakeld.
• Draai hiervoor de hoofdschakelaar (2) in de stand „0".
Aanwijzing!
Indien het toestel voor langere tijd uit bedrijf
moet blijven, bijvoorbeeld tijdens de vakantie,
dan adviseren wij om ook de gas- en waterstop-
kraan te sluiten.
Let bij deze aanwijzing op de aanbeveling ten
aanzien van de vorstbeveiliging.
12
12
Afb. B.17: Volledig uit bedrijf nemen
4.8 Toestel/cv-installatie vullen
Let op!
Gebruik voor het vullen van de cv-installatie
alleen zuiver leidingwater.
De toevoeging van chemische middelen zoals
beschermingsmiddelen tegen bevriezing of
tegen corrosie (inhibitoren) zijn niet
toegestaan.
Voor het vullen of bijvullen van de cv-installatie kan
normaal leidingwater worden gebruikt. In uitzonderlijke
gevallen kan het zijn dat het leidingwater niet geschikt
is om de cv-installatie te vullen (water met veel ijzer of
kalk). In deze gevallen dient u zich te wenden aan uw
installateur. Gebruik in geen geval toevoegingen voor
waterbehandeling.
Voor het juist functioneren van de cv-installatie moet de
wijzer van de manometer (1 - zie afb. 18) zich tussen de
100 kPa (1 bar) en 200 kPa (2 bar) bevinden. Staat de
wijzer onder de 80 kPa (0,8 bar), dan moet water worden
bijgevuld. Is de cv-installatie over meerdere verdiepingen
verdeeld, dan kunnen andere drukken in de cv-installatie
noodzakelijk zijn voor een goede werking. Omdat het
vul-/aftappunt erg afhankelijk is van de situatie ter
plaatse, adviseren wij u om uw installateur uitleg te
vragen over het vullen en aftappen.
Bedieningshandleiding HR Gaswandketel hrEXCLUSIEF