De driewegklep beweegt zich in de middelste stand, de
pompen lopen niet en de CV-ketel treedt niet in werking.
10.5.1 CV-installatie vullen
i
Houd er rekening mee dat de vul- en aftapkraan
van de CV-installatie volgens de norm met een
koudwaterkraan verbonden moeten zijn.
> Draai de vulkraan en de koudwaterkraan langzaam open.
i
Zolang de waterdruk in de CV-installatie te
gering is, wisselt de displayindicatie bij een inge-
schakelde CV-ketel tussen de foutmelding F.22
en de weergave van de actuele druk.
> Ontlucht de laagst gelegen radiator tot het water aan het
ontluchtingsventiel er zonder bellen uitkomt.
> Ontlucht alle andere radiatoren tot het CV-systeem com-
pleet met water gevuld is. Sluit alle ontluchtingsventielen.
> Houd de stijgende vuldruk in de CV-installatie op het dis-
play in het oog.
> Vul zolang water bij tot de manometerwijzer zich in het
midden van het grijze bereik bevindt of tot de vereiste
vuldruk op het display weergegeven wordt.
> Sluit na het vullen de vulkraan en de koudwaterkraan.
> Controleer alle aansluitingen en het volledige systeem op
ondichtheden.
10.5.2 CV-installatie ontluchten
> Om de CV-installatie te ontluchten, kiest u het testpro-
gramma P.00 (¬ hfdst. 10.2).
De CV-ketel treedt niet in werking, de interne pomp loopt
intermitterend en ontlucht naar keuze het CV-circuit of het
warmwatercircuit. Het display toont de vuldruk van de CV-
installatie.
> Om de ontluchtingsprocedure reglementair te kunnen
uitvoeren, dient u erop te letten dat de vuldruk van de
CV-installatie niet onder 0,08 MPa (0,8 bar) daalt.
Het testprogramma P.00 loopt per circuit 7,5 minuten.
Na het beëindigen van de vulprocedure moet de vuldruk
van de CV-installatie minstens 0,02 MPa (0,2 bar) boven de
tegendruk van het expansievat (ADG) liggen (P
+ 0,02 MPa (0,2 bar)).
> Als zich na het beëindigen van het testprogramma P.00
nog teveel lucht in de CV-installatie bevindt, start het
testprogramma dan opnieuw.
> Controleer alle aansluitingen op dichtheid.
Installatie- en onderhoudshandleiding ecoTEC pro 0020129668_02
10.5.3 Te lage waterdruk vermijden
Om schade aan de CV-installatie door te geringe vuldruk te
vermijden, is de ecoTEC pro met een waterdruksensor uit-
gerust.
De CV-ketel signaleert bij het onderschrijden van 0,08 kPa
(0,8 bar) vuldruk het druktekort met een knipperende druk-
waarde op het display.
Als de vuldruk een waarde van 0,05 MPa (0,5 bar) onder-
schrijdt, dan schakelt de CV-ketel uit.
Het display toont de foutmelding F.22.
> Vul water bij om de CV-ketel opnieuw in gebruik te
nemen.
Het display geeft de drukwaarde knipperend weer tot een
druk van 1,1 bar of hoger bereikt is.
> Als u vaak een drukdaling vaststelt, dan dient u de oor-
zaak te zoeken en te verhelpen.
10.6
Warmwatersysteem vullen en ontluchten
> Open de koudwaterstopkraan aan de CV-ketel.
> Vul het warmwatersysteem door alle warmwatertappun-
ten te openen tot er water uit komt.
Als uit alle warmwatertappunten water komt, is het warm-
watercircuit volledig gevuld en ontlucht.
10.7
Sifonbeker vullen
a
³ P
installatie
ADG
Ingebruikname
Gevaar!
Gevaar voor vergiftiging door uitstro-
mende rookgassen!
Door een lege of niet voldoende gevulde
sifonbeker kunnen rookgassen in de ruimte-
lucht ontsnappen.
> Vul voor de ingebruikname van de
CV-ketel de sifonbeker met water.
10
29