Een pomp plaatsen
1 . Zorg ervoor dat het werkstation is verbonden met de netvoeding en dat de opstartprocedure succesvol is voltooid .
2 . Plaats de draainok aan de achterzijde van de pomp op één lijn met de rechthoekige stang op het docking station/
werkstation* of de apparatuurrail .
3 . Houd de pomp horizontaal terwijl u de pomp stevig op de rechthoekige stang of de apparatuurrail drukt .
4 . De pomp moet op de stang vastklikken .
5 . Zorg ervoor dat de pomp stevig vastzit . Controleer of de pomp goed is bevestigd door deze voorzichtig weg te trekken
van het werkstation zonder de ontgrendelingshendel te gebruiken . Als de pomp stevig vastzit, mag deze niet loskomen
van het werkstation .
Bij gebruik van volumetrische pompen bij het werkstation, wordt aanbevolen de infuuszakjes aan een haakje te hangen
recht boven de pomp waarbij deze worden gebruikt . Hierdoor wordt de kans kleiner dat lijnen in elkaar verstrikt raken als er
meerdere volumetrische pompen worden gebruikt .
Als een pomp wordt verwijderd en vervangen terwijl het werkstation in werking is, kan het tot 60 seconden
na bevestiging op het MDI-element duren tot de pomp voeding krijgt en datacommunicatie mogelijk is.
Controleer of de pomp stroom krijgt wanneer deze op het werkstation is aangesloten door te
controleren of het netvoedingsindicatorlampje van de pomp brandt.
Voor een correcte communicatie tussen het werkstation en de spuitpomp moet de pomp zijn ingesteld
op IrDA, niet op RS232. Raadpleeg de technische onderhoudshandleiding van de spuitpomp voor meer
informatie.
De locatie van de spuitpompen die zijn aangebracht op het werkstation, boven of onder de patiënt, kan
een risico vormen op overheveling of overmatige druk. Spuitpompen met kritieke medicatie moeten
zo veel mogelijk ter hoogte van het hart van de patiënt worden geplaatst. Raadpleeg de betreffende
gebruiksaanwijzing (DFU) van de spuitpomp voor meer informatie.
Controleer voordat u een infusie start met een volumetrische Pomp of de infuusset in de pomp is
aangesloten aan de correcte infuuszak.
De pomp kan van het werkstation vallen als deze niet goed is gemonteerd. Dit kan leiden tot letsel bij
de gebruiker en/of de patiënt.
Een pomp verwijderen
1 . Houd de pomp met beide handen vast, druk de ontgrendelinghendel aan de rechterkant van de pomp naar achteren .
2 . Houd de hendel naar achteren en trek de pomp horizontaal naar u toe .
3 . Controleer of de rode LED-indicator op het MDI-element uit is nadat de pomp is verwijderd .
Als de indicator in het MDI-element brandt wanneer er geen infuuspomp is aangesloten op dat MDI-
element, dan kan er sprake zijn van een storing in het MDI-element. Stel het werkstation buiten bedrijf
en neem contact op met een bevoegd onderhoudstechnicus.
Ontgrendelingshendel (indrukken om te ontgrendelen)
Rechthoekige
stang
BDDF00824 Uitgave 4
Alaris™ Gateway-werkstation v 1.6.1
Bediening van het werkstation
Draainok
32/46