In hoogte verstelbare zakhangers (waar aangebracht)
De in hoogte verstelbare standaard met een diameter van 18 mm is ontworpen om vloeistofzakken eenvoudig aan het
werkstation te hangen . De standaard is berekend op een maximale belading van 3 kg . De stang wordt veilig op zijn plaats
gehouden middels een klem en een vergrendelingshendel . Dit biedt aanvullende flexibiliteit bij het kiezen van de vereiste
hoogte van de zakken met vloeistof . U gebruikt de klem als volgt:
1 . Pak de klem vast aan het onderste gedeelte van de stang en draai voorzichtig het
handwiel los .
2 . Druk de handgreep omhoog; hierdoor komt de grendel los en kunt u de standaard
vrij bewegen .
3 . De hoogte van de zakhanger aanpassen:
a) De zakhanger verhogen: schuif de paal omhoog tot de gewenste hoogte .
Wanneer de standaard op de juiste hoogte staat, schakelt u de grendel
opnieuw in .
b) De zakhanger verlagen: houd u de grendel in de vrije stand en schuif de
standaard omlaag naar de gewenste hoogte om de zakhanger te verlagen .
Laat de grendel los en oefen geen opwaartse druk uit op de standaard, schakel
vervolgens de grendel opnieuw in .
4 . Draai het handwiel vast om de stang veilig in die positie vast te zetten .
De infuuszak moet op de hoogte worden geplaatst die wordt aanbevolen in de gebruiksaanwijzing van de
specifieke pomp om het risico op ongewenste alarmen te verminderen. Zorg dat de standaard voor de
infuuszak op de vereiste hoogte hangt.
Gebruik infuuszakstandaard PN 1000SP01414 om infuuszakken aan werkstations met configuratie
80223UNS02-235 of 80223UNS02-035 te hangen to secure fluid bags onto the Workstation.
Stroomvoorziening
Het werkstation wordt gevoed met netstroom via een standaard IEC-stekker . Wanneer het toestel is aangesloten op de
netstroom, brandt de voedingsindicator . Zowel de fasedraden als nuldraden van de stroomtoevoer zijn beveiligd met
zekeringen in een dubbele zekeringhouder, die zich op de netvoedingsingangsstekker bevindt .
Als de netvoeding wegvalt, gaat de netvoedingsindicator uit en de batterij-indicator branden, en laat het werkstation een
piepgeluid horen . Het alarm gaat af bij alle pompen die zijn geconfigureerd voor de signalering van een stroomstoring .
Voor aansluiting op de netvoeding moet een driedraadsvoeding (fasedraad, nuldraad en aarde) worden
gebruikt. Als bij de installatie aan de integriteit van de externe beschermende geleider wordt getwijfeld
of bij twijfel aan hoe de geleider in elkaar zit, mag het werkstation niet worden gebruikt.
Om het werkstation te isoleren van de netvoeding haalt u de stekker uit het stopcontact. Het werkstation
moet zo worden geplaatst dat de gebruiker de stekker uit het stopcontact kan halen.
BDDF00824 Uitgave 4
Alaris™ Gateway-werkstation v 1.6.1
Kenmerken van het werkstation
1
3b
2
19/46
4
3