De buitenluchtkraag kan afhankelijk van de inbouw-
wijze van de haard aan de buitenzijde worden gemon-
teerd, zie positie 2 in de bovenstaande figuur. Als de
inbouwwijze en de aansluiting van de buitenlucht ver-
eisen dat de buitenluchtkraag via de binnenzijde wordt
gemonteerd, verwijder dan eerst de binnenplaten en
de stookbodem. Verwijder daarna het lucht-
verdelingshuis, zie positie 1 in de bovenstaande
figuur. Demonteer de aansluitkraag voor de bui-
tenlucht, sluit deze luchtdicht aan op de flexibel voor
de buitenlucht, monteer de aansluitkraag via de bin-
nenzijde van het toestel en monteer het lucht-
verdelingshuis.
Let erop dat de dichtingen niet zijn beschadigd.
Als dit wel het geval is, vervang de dichtingen
dan.
Zorg ervoor dat het luchtverdelingshuis lucht-
dicht is aangesloten en dat de werking van de
luchtschuif niet is verhinderd.
De luchtaanvoerbuis heeft een diameter van 100 mm.
Bij toepassing van een gladde buis mag deze buis
maximaal 12 meter lang zijn. Bij gebruik van hulp-
stukken zoals bochten moet u per hulpstuk de maxi-
male lengte (12 meter) met 1 meter verminderen.
Buitenluchtaansluiting via de wand
of de vloer en de aansluitkraag
1. Maak een aansluitgat in de wand of vloer (raad-
pleeg Bijlage 2, "Afmetingen", voor een geschikte
positie van het aansluitgat).
2. Sluit de luchtaansluitbuis hermetisch af op de
muur.
Inbouwen in een nieuwe
schouw
De installatie van de inbouwhaard bestaat uit twee
onderdelen:
De plaatsing en aansluiting van de inbouwhaard
De schouw rond de inbouwhaard opbouwen.
Inbouwhaard plaatsen en aan-
sluiten
1. Zet het toestel op de juiste hoogte, vlak en water-
pas.
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
2. Zorg dat tussen de bestaande wanden, voorzien
van de benodigde isolatie, en de achterkant van
het toestel vrije afstand is.
3. Sluit het toestel hermetisch aan op de schoor-
steen.
4. Controleer de trek in de schoorsteen en de afdich-
ting van de aansluiting op het rook-
gasafvoerkanaal door een klein hevig proefvuur te
maken van krantenpapier en droog dun hout.
Wacht bij nieuw metselwerk tot het met-
selwerk voldoende droog is.
5. Bij buitenluchtaansluiting: sluit de aanvoer van bui-
tenlucht aan op de aansluitset die u op het toestel
hebt gemonteerd.
Opbouw van de schouw (VISTA
zonder convectiemantel)
In de schouw maakt u de convectieruimte. In deze
ruimte moet lucht vrij kunnen bewegen. Er moet lucht
aangezogen kunnen worden voor de verbranding en
de door de inbouwhaard verwarmde lucht (de con-
vectielucht) moet vrij de te verwarmen ruimte in kun-
nen stromen; zie volgende figuur.
17