Central Remote Controller
De externe ingangsfunctie wijzigen (Externe ingang instellingen)
1
Selecteer „Externe ingang instellingen" in het
„Service menu"-scherm en druk vervolgens op [ ]
(Bevest.)
Het scherm „Externe ingang instellingen" verschijnt.
2
Druk op [˄] en [˅] om de in te stellen
ingangsaansluiting te selecteren en druk vervolgens
op [ ] (Bevest.)
Het scherm „Select. functie" verschijnt.
3
Selecteer de functie met [˄] en [˅], druk op [ ]
(Bevest.) en druk vervolgens op [ ] (Regeling) om
naar het volgende scherm te gaan
Het scherm „Select. Signaal" verschijnt.
• Het is noodzakelijk om de controle-inhoud voor „Vergren." en
„Vermogensbeperking" in te stellen.
• Wanneer „Deact." is ingesteld, keert het display terug naar het scherm
„Externe ingang instellingen".
4
Selecteer het invoersignaal met [˄] en [˅], druk op
[ ] (Bevest.) en druk vervolgens op [ ] (Regeling)
om naar het volgende scherm te gaan
Het „Selecteer Zone"-scherm verschijnt.
5
Druk op [<] [˄] [˅] [>] om de doelzone te kiezen en
druk dan op [ ] (Bevest.)
Druk op [
] (Bevest.) om „
• In de begininstelling worden alle zones geselecteerd.
• Zones waar de binnenunits niet geregistreerd zijn, worden niet
weergegeven.
6
Selecteer de doelzone en druk op [ ] (Regeling)
De instellingen zijn voltooid en het display keert terug naar het scherm
„Externe ingang instellingen".
Installatiehandleiding
" te select/deselect.
27
-NL