nl
28
Parallelliteit instellen (afbeelding 8).
Voor een gelijkmatige schuurafname is het nodig dat de
schuurband parallel aan het oppervlak loopt.
Stel de bandloop met de kruisknop (8) in.
Vonkbescherming (9) instellen (afbeelding 1)
Draai de beide vleugelschroeven (10) los en stel de
vonkbescherming (9) zo in dat de schuurband zo ver
mogelijk afgedekt is.
Draai de vleugelschroeven weer vast.
Bandloop fijn afstellen.
Schakel de machine slechts kort in
en controleer de bandloop.
Stel de bandloop met de kruisknop
(11) in het midden als de schuur-
band naar rechts of naar links
beweegt.
Als de bandloop niet in het midden kan worden inge-
steld:
Reinig de aandrijfschijf (12) en de contactschijf (13) met
perslucht.
Controleer de aandrijfschijf en de contactschijf op slij-
tage, vervorming en gebruiksschade. Laat beschadigde
delen onmiddellijk vervangen.
Schuurband vervangen.
Trek altijd voor werkzaamheden aan de machine
de netstekker uit het stopcontact.
Draai de schroef (14) los en klap het zijdeksel (15)
omlaag.
Draai de hendel (16) omlaag om de
spanvoorziening te ontlasten.
Verwijder de oude schuurband.
Let op de aanduiding van de loop-
richting aan de achterzijde van de
schuurband voordat u de nieuwe schuurband aan-
brengt. Deze moet overeenkomen met de draairichting
van het aandrijfwiel.
Leg de schuurband tegelijkertijd op de aandrijfschijf
(12) en de contactschijf (13).
Draai de hendel (16) omhoog om de
schuurband te spannen.
Als u de schuurband niet voldoende
kunt spannen, moet de spanvoorzie-
ning opnieuw worden ingesteld.
Draai beide schroeven (17) los, verplaats de spanvoor-
ziening en draai de schroeven weer vast.
Sluit de zijdeksel (15) en draai de schroef (14) weer
vast.
Monteer de schuursteun (7) en de spanenbak (8).
Controleer de spleetafstand van de schuursteun.
Schakel de machine in en stel de bandloop af.
Gebruiksvoorschriften.
Inschakelen:
Toets „I" (18) indrukken.
Uitschakelen:
Druk de toets „0" (18) in.
Inschakelen: (alleen 2H-modellen)
Schakelaar „I" (18) indrukken.
Uitschakelen: (alleen 2H-modellen)
Schakelaar „I" (18) indrukken.
De machine loopt na het uitschakelen ca. 50
seconden uit.
Veiligheids-uit-toets (20):
Druk in gevaarlijke situaties op de rode nooduitschakel-
knop om de machine uit te schakelen.
Toerental omschakelen (19) (alleen 2H-model-
len)
Schakelaarstand 1: laag toerental
Schakelaarstand 2: hoog toerental
Het toerental mag alleen terwijl de machine stil-
staat met de schakelaar (19) worden omgescha-
keld.
Beveiliging tegen overbelasting.
Bij een aanhoudend hoge belasting gedurende een lange
periode wordt de machine uitgeschakeld. Na een
afkoeltijd van ca. 15 minuten is de machine weer gereed
voor gebruik.
Tips voor de werkzaamheden.
Beweeg het onderstel naar de plaats die u wilt bewer-
ken.
Schakel de bandschuurmachine in en trek de stuur-
stanghendel in de werkstand.
Geleid de bandschuurmachine met gelijkmatige snel-
heid over het te schuren oppervlak.
Zwenk de stuurstang na beëindiging van de werkzaam-
heden omhoog en schakel de bandschuurmachine uit.
Geluidsemissiewaarden.
Gemeten A-gewogen
emissiegeluidsdrukni-
L
veau op de werkplek
pA
(re 20 μPa), in decibel
Onzekerheid
K
, in
pA
decibel
Gemeten A-gewogen
geluidsvermogenniveau
L
(re 1 pW), in decibel
wA
K
Onzekerheid
, in
wA
decibel
Onbelast lopen
Schuren
80,5
4
90
2,5
94
4
100,5
2,5