Inhoudsopgave
Advertenties
7. Storingen
Nr
Storing
1
Geen of niet genoeg
warm water komt uit
de Solior FL150.
2
Frequent of constant
spuien van water uit
de inlaatcombinatie.
3
De pomp draait niet
tijdens vorst
Actie / mogelijke oorzaak
Controleer dat de aansluitingen van de Solior FL150 op de juiste manier gemaakt zijn.
Het koude water dient het vat binnen te komen door de 3/4" aansluiting (groot) en het
warme water dient het vat te verlaten door de 1/2" aansluiting (klein) (zie figuur 3.2.2).
Controleer of de aansluitingen op het beveiligingssysteem op de juiste manier zijn
gemaakt.
Controleer of de transparante koepel van de Solior FL150 niet gebroken is.
Controleer of de transparante koepel van de Solior FL150 niet beschaduwd is of
compleet geblokkeerd is met stof, algen of sneeuw.
Controleer of de thermostatische mengkraan goed functioneert (laat op een zonnige
dag het vat opwarmen tot boven de 65 °C; bij tappen moet de mengkraan de tapwa-
tertemperatuur begrenzen tot 65 °C. Controleer dit. Als het vat kouder is dan 65 °C
mag de mengkraan geen koud water bijmengen).
Controleer of de thermostatische mengkraan ingesteld staat op de hoogste
temperatuur (draai het tegen de wijzers van de klok in de richting W).
Controleer of de naverwarmer naar behoren werkt.
Wanneer water uit de overdrukbeveiliging van de inlaatcombinatie komt, dan is het
over het algemeen normaal bedrijf omdat deze klep altijd opent wanneer de Solior
FL150 opwarmt.
Wanneer de Solior FL150 niet opwarmt (geen zon), en er komt nog steeds water uit de
overdrukbeveiliging, dan kan het zijn dat de waterdruk in het waterleidingnet hoger is
dan 8 bar. Als dat niet zo is, dan dient de inlaatcombinatie vervangen te worden door
een gekwalificeerde installateur. De maximale werkdruk van dit systeem is 8 bar.
De temperatuur van de aansluitleidingen (de meest vorstgevoelige onderdelen) is on-
danks de lage buitentemperatuur nog niet laag genoeg. Dit kan gecontroleerd worden
door de deksel van de aansluitdoos weg te nemen. Als de waarde op het display hoger
dan 0.5 is zal de pomp niet draaien.
Als de waarde op het display lager dan 0.5 is, is de pomp door de regeling
ingeschakeld. Er zal dan een lampje branden bij het zon-symbool.
Als dit lampje niet brandt maar er wel informatie op het display staat is de regelaar
mogelijk niet juist ingesteld. Neem dan contact op met Itho Daalderop.
Als dit lampje wel brandt maar de pomp niet draait, dienen de pomp en bedrading
gecontroleerd te worden. Neem contact op met uw installateur.
Als het display niet werkt dient de bedrading gecontroleerd te worden of is de
regelaar mogelijk defect. Neem contact op met uw installateur.
Als de melding PFA op het display knippert is de sensor defect of niet goed
aangesloten. Neem contact op met uw installateur.
Als de melding PSC op het display knippert is er kortsluiting op de sensoraansluiting.
Dit kan aan de bedrading of aan de sensor liggen. Neem contact op met
uw installateur.
|
24
Advertenties
Inhoudsopgave
