Beschrijving van het apparaat
1. Kookzone linksachter
2. Kookzone linksvoor
3. Bedieningsmodule
Bedieningselementen van
de kookzone (afhankelijk
van het model)
Sensortoetsen voor de instelling:
A Toets voor het in-/uitschakelen van de
kookplaat
B Toets voor het in-/uitschakelen van de
vergrendeling - kinderbeveiliging
B1 LED lampje – duidt aan dat de vergrendeling
– kinderbeveiliging is ingeschakeld
C Toets voor tijdelijke onderbreking van het
koken
C1 Controlelampje – duidt aan dat het koken
tijdelijk onderbroken is
D Toets voor het instellen van de kookwekker of
de timer
E Controlelampje extra verwarmingsring
F Indicatoren van het vermogen of de
restwarmte
4
4. Kookzone rechtsvoor
5. Kookzone rechtsachter
6. Warmhoudzone
F1 Decimale punt die de geactiveerde functie
aanduidt
G Toets om de waarde van de instelling te
verhogen
H Toets voor de keuze van de kookzone
I
Toets om de waarde van de instelling te
verlagen
J Toets voor het in-/uitschakelen van de extra
verwarmingsring
K Controlelampje – duidt de geprogrammeerde
kookzones aan
L Tijdweergave
M AAN/UIT-sensor van de warmhoudzone
N Sensor voor activering van de
warmhoudzone
N1 Controlelampje "warmhoudzone actief"
N2 Waarschuwingslampje "warmhoudzone heet"