1,6). Tegen corrosie beschermd, buitenste bekledingsdelen van thermisch verzinkte staalplaat, bovendien gemoffeld. Compacte bouwvorm, daardoor geringe 1.6 Omvang van de levering en accessoires benodigde ruimte bij binnen- en buiten- opstelling. Type WPL 33 Keurmerk van onafhankelijke keuringsinsti- Bestelnr. tuten Omvang van de levering buitenopstelling (zie vermogensplaatje). –Basistoestel 18 53 48 Bevat niet-brandbaar veiligheidskoelmiddel –Accessoires (bestaande uit bekleding en frame).
2 Technische gegevens (De gegevens op het typeplaatje van het apparaat zijn geldig) 2.1 Technische gegevens (informatie over het apparaat) Warmtepomp Type WPL 33 Bestelnr. 18 53 48 Bouwwijze en modus Constructiewijze Compact/split-/ open uitvoering Compact Werkwijze monovalent bivalent-alternatief bivalent-parallel Afmetingen, gewichten, aansluitmaten Transporteenheid basisapparaat Afmetingen...
Vermogensdiagram van de warmtepomp WPL 33 bij werking met volle belasting (twee compressor) aanvoertemperatuur 35°C aanvoertemperatuur 50°C aanvoertemperatuur 60°C Inlaattemperatuur van het WQA medium [°C] Afb. 1a...
Vermogensdiagram van de warmtepomp WPL 33 bij werking met deelbelasting (een compressor) aanvoertemperatuur 35°C aanvoertemperatuur 50°C aanvoertemperatuur 60°C Inlaattemperatuur van het WQA medium [°C] Afb. 1b...
3 Opstelling, aansluiting en ge- Buitenopstelling luidsemissie 1280 3.1 Transport Draaggordels kunnen voor het transport van het basistoestel aan een willekeurige plaats aan het onderste frame worden vastgehaakt. De warmtepomp mag niet aan sterke stoten worden blootgesteld. Kortdurend kantelen op een van de lengtezijden is toegestaan De bekleding, de afdekking (bij buitenopstelling) alsmede de afdekking met luchtslangaansluiting (bij binnenopstelling) zijn aparte transporteen- 1300 heden en worden pas op de opstellingsplaats 1390 op het basistoestel gemonteerd. 3.2 Plaats van opstelling De ondergrond voor het opstellen van de warmtepomp moet horizontaal, vlak, stevig en duurzaam zijn. Het frame van de warmtepomp moet gelijkma- tig op de ondergrond liggen. Een ongelijkmatige ondergrond kan het geluidsgedrag van de Maten in mm warmtepomp beïnvloeden.
Fundering voor buitenopstelling bij toepassing van drukslangen Estrik- en contactgeluidisolatie uitsparen. Luchtuittrede zijde Hoofdzakelijke windrichting Luftaustrittseite Hauptwindrichtung 1390 1 Demping contactgeluid 2 Zwevende vloer Maten in mm Afb. 6 Lufteintrittseite Luchtintrede-zijde Afb. 4 Bij binnenopstelling kunnen de water- en elek- tronische installatieleidingen van de bovenkant Randstenen voor buitenopstelling in de warmtepomp worden geleid (zie afb. 8). Luchtuittrede zijde Hoofdzakelijke windrichting Luftaustrittseite Hauptwindrichtung Bij het invoeren van de waterinstallatieleidingen...
3.6.3 Aanvoer- en retouraansluiting Water- en elektronische aansluiting bij buitenopstelling De warmtepomp aan de warmwaterzijde volgens afb. 7 (buitensopstelling c.q. afb. 8 (binnenopstelling) aansluiten. Op dichtheid letten. Bij de buiten- en binnenopstelling moet eerst de bij de toebehoren verpakte gebogen buisstuk (pos. 8 in tekening 7 en 8)worden gemonteerd aan de verwarmingsaanvoer en retour. (pos. 9 in afbeelding 7 en 8) Aan de aansluitstomp G1 1/4" (buiten) mogen alleen trillingsdempers van tenminste 1 m lang worden aangesloten. Door de trillingsarme constructie van de warmtepomp en de als trillingsdemper werkende flexibele drukslangen wordt de overdracht van constructiegeluid verregaand vermeden.
3.6.7 Kalkafzetting mestroom en het totale drukverlies ten gronde 3.8 Condensafvoer worden gelegd. Bepalend voor de afzetting van kalksteen in 3.8.1 Voor de condensafvoer moet in de warmwatertoestellen zijn: de watercondi- fabriek een 3/4 „-slang aan de ontdooibake Warmtepomp tie, werkingscondities en het volume. Om gemonteerd en in de nabijheid van de schade aan ventielen, warmtewisselaar en opening in de bodemplaat aan de rechter Nominale volumestroom m³/h verwarmingselement te voorkomen, is de wa- kant van het koelaggregaat. Drukverliezen terkwaliteit te testen en volgens VDI 2035 te Bij buitenopstelling kan de slang door de Warmtepomp hPa controleren. opening in het basistoestel aan de onderzijde SBP 700 + WPKI 5 hPa Opmerking.: De kennis omtrent de hardheid worden doorgevoerd (afb.
Bij onvoldoende helling wordt aanbevolen 3.11 Ventilator controleren 3.12 Montage van de bekleding. een condensaatpomp te gebruiken. De ventilator moet de voorgeschreven draai- 1. Op het basistoestel moeten de 8 Wanneer voor de afvoer van het richting hebben. „snelschroeven“ (aan elke kant aan de condenswater de condensaatpomp PK 9 Door ondeskundig transport kan een geringe boven- en onderzijde en in het midden) (bestelnr. zie paragraaf 1.6) wordt gebruikt, verplaatsing van de ventilator worden veroor- losgemaakt en bewaard worden. moet de warmtepomp ca. 100 mm hoger zaakt zodat het ventilatorwiel tegen het inlaat- 2. De deksel op het basistoestel plaatsen geplaatst worden. mondstuk aanloopt. Eventueel kan de houder en aan elke zijde bevestigen met de van de ventilator in de langgaten naar links of „snelschroef“ 3.9 Buffervat rechts worden verschoven.
in elkaar draaien (ca. 30 cm) van de spiralen Neem de V DE 0100 en de voorschriften van de Controleer of de functie van de trekontlasting mogelijk. plaatselijke energievoorziening (EVU) in acht. goed werkt. De gehele slanglengte op de luchtintrede- en 4.2 De warmtepomp moet met behulp van uittredezijde mag 8 m niet overschrijden. Zie hiervoor de gebruiksaanwij- een extra voorziening met een scheidingsaf- zing van de warmtepompmanager Daarbij mogen niet meer dan vier 90 °-bogen WPM II stand van ten minste 3 mm met alle polen van WPM II. met een radius van ten minste 600 mm, gere- het net worden gekoppeld. Hiervoor kunnen lateerd aan het midden van de slang, worden schakelaars, LS-schakelaars, zekeringen etc.
1/N/PE~230/50 3/PE~400/50 3/N/PE~400/50 Netaannsluiting Warmtepomp (compressor) Plombendraht L1, L2, L3, PE durch die DHC Aanvullende verwarming Schraubenköpfe N, L1, L2, L3, PE 58907/1-2/10.84 Aansluit- aansluiting vermogen kroonstrip 2,6 kW L1 N PE 3,0 kW L2 N PE 3,2 kW L3 N PE 5,6 kW...
Pagina 13
Schakelschema voor warmtepompen WPL 33 Afb. 14...
Pagina 14
Elektronisch aansluitschema voor warmtepompen WPL 33 met warmtepompmanager WPM II Warmtepompmanager WPM II max. 2 A gl 1/N/PE ~ 50Hz 230V Voeding van de huis- 16 A gl houds-tariefmeter EVU-schakelklok voor spertijden Besturingsfase L zonder spertijd 2/N/PE~50Hz 400V Besturingsfase L met spertijd 3/N/PE ~ 50Hz 400V Steuerung Voeding van de NETZ Kleinsp warmtepomp- (Netz)
5 Inbedrijfname 7 Onderhoud en reiniging Zie montageaanwijzing van de 7.1 Onderhoud WPM II warmtepompmanager WPM II. De warmtepomp werkt volautomatisch en heeft geen bijzonder onderhoud nodig Wanneer ook warmwater moet Indien er warmte-energietellers zijn ingebou- worden bereid mag parameter 35 wd moeten de snel verstopt rakende zeven „WP-trappen voor warmwater“ alleen op hiervan regelmatig worden gereinigd. 01 of 02 worden ingesteld. De luchtintrede- en uittredeopenin- gen van de warmtepomp moeten vrij van sneeuw en bladeren worden gehouden.
8 Maatregelen bij storingen 8.1 Zie gebruiks- en montageaanwijzing WPMW 8.2 Controle van de instellingen op de IWS Lichtdiodes Resetknop Schuifschakelaar (S1) Schuifschakelaar (WP-Typ) Abb. 16 Wanneer in het servicegeval met be- Schuifschakelaar (S1) Lichtdiodes hulp van de WPM II de fout niet ge- De schakelaars 1 en 2 hebben geen betekenis. WPM II Rode LED:Knipperen of statisch: vonden wordt, moet in geval van Bij het eenmalige optreden van een warmte- nood de schakelkast geopend en de instel-...
Milieu en recycling Recycling van oude toestellen Toestellen met dit kenmerk horen niet thuis in de vuilnisbak en zijn apart in te zamelen en te recyclen. De recycling van oude toestellen moet steeds vakkundig en volgens de ter plaatse geldende voorschriften en wetgeving plaats vinden. Garantie Aanspraak op garantie bestaat uitsluitend in het land waar het toestel gekocht is. U dient zich te wenden tot de vestiging van Stiebel Eltron of de importeur hiervan in het betreffende land. De montage, de electrische instal- latie, het onderhoud en de eerste inbedrijfname mag uitsluitend worden uitgevoerd door gekwalificeerd personeel. De fabrikant is niet aansprakelijk voor de- fecte toestellen, welke niet volgens de bij- geleverde gebruiks -en montageaanwijzing zijn aangesloten of worden gebruikt.
Pagina 20
Stiebel Eltron International GmbH Magyarország Sverige Dr.-Stiebel-Str. 37603 Holzminden Stiebel Eltron Kft. Stiebel Eltron AB Telefon 0 5531/702-0 Pacsirtamezo ´ ´ u. 41 H-1036 Budapest Box 206 SE-641 22 Katrineholm 05531/702-479 012 50-6055 Fax 013 68-8097 0150-487900 Fax 0150-487901 E-Mail info@stiebel-eltron.com E-Mail info@stiebel-eltron.hu E-Mail info@stiebel-eltron.se Internet www.stiebel-eltron.com Internet www.stiebel-eltron.hu...