Boter smelten
Gelatine oplossen
Rijstepap, havermoutpap maken
Kleine hoeveelheden vloeistof opwarmen
Rijst wellen
Groente ontdooien (in een blok)
Graan wellen
Verwarmen van vloeibare en halfvaste gerechten
Bereiden van een omelet en van spiegeleieren zonder
korst Stoven van vruchten
Deegwaren wellen
Groente, vis stoven Diepvriesproducten ontdooien en verwar-
men
Aankoken van grote hoeveelheden, bijv. eenpansgerechten
Gebonden saus of roomsaus maken, bijv. witte-wijnsaus
of sauce hollandaise
Eieren behoedzaam bakken (zonder oververhitting van het vet)
Behoedzaam braden (zonder oververhitten van het vet) van vis,
schnitzel, braadworst
Bakken van aardappelpannenkoekjes, pannenkoeken, eierkoe-
ken
Aanbraden van stoofgerechten
Grote hoeveelheden water koken
Aankoken
De gegevens zijn richtwaarden. Het vermogen van de inductiespoel varieert naargelang de
grootte en het materiaal van de bodem van de pan. Voor uw pannen kunnen de vermogens-
standen dus enigszins afwijken. Bepaal door praktisch gebruik de optimale instellingen voor
uw pannen. Stel voor nieuwe pannen waarvan u de gebruikseigenschappen niet kent de
vermogensstand één stand lager in dan aangegeven.
Tabel vermogensstanden
Vermogens-
stand
1–2
2
3
4
5
6
7
8
9
27